© Pexels
De Tweede Kamerverkiezingen staan weer voor de deur en dat betekent dat het nu prime time is voor lobbyisten: zij proberen zoveel mogelijk invloed te hebben op de verkiezingsprogramma’s. Maar: hoe gaan zij te werk en wat zijn de spelregels?
Vertraagde wetgeving en buitenlandreisjes om zo invloed uit te oefenen op de politieke besluitvorming: lobbyisten hebben enorm veel impact. Dat terwijl ze vrijwel altijd onder de radar blijven. ‘Het onttrekt zich aan de waarneming en het is een continu proces; daardoor zie je er niet zo veel van', vertelt Ariejan Korteweg, schrijver van het boek Lobbyland, in Vroeg!.
Lobbyen is het op een eenzijdige manier behartigen van belangen, vat Korteweg samen. ‘Je geeft informatie waarin jouw belang naar buiten komt. Als jij van een organisatie bent, dan knip je een stukje uit de werkelijkheid en dat breng je als het totale plaatje.’ Lobbyisten zijn vaak medewerkers van maatschappelijke organisaties, organisaties die een beroepsgroep vertegenwoordigen, gemeenten, en provincies. Maar ook stichtingen en verenigingen kunnen lobbyen. Als zij willen lobbyen, kunnen ze een toegangspas aanvragen die toegang geeft tot de semi-openbare ruimte in het Tweede Kamergebouw.
Lobbyen beperkt zich niet tot grote bedrijven die hun lobbyisten in Den Haag klaar hebben staan: ‘Je hebt ook burgers die zich verzamelen om toegang te krijgen tot de politiek. Dat zag je rond Groningen, de toeslagenaffaire en bij Chemours; dat is ook een vorm van lobby.’
Korteweg noemt het de ‘Haagse toverformule’: koffiedrinken met politici om zo een praatje te maken. Maar dat is niet de enige manier: er worden ook regelmatig giften gedaan. Tim Hofman bracht dit eerder aan het licht in een aflevering van Pak de Macht.‘Gratis reisjes, cadeaus, of de meest gebruikte lobbytactiek: de boel vertragen. Een paar jaar geleden kwam Peter Oskam bij de eerste behandeling van een wetsvoorstel over kansspelen met zevenhonderd vragen aan de staatssecretaris, volgens betrokkenen allemaal geschreven door lobbyisten. Mede hierdoor werd de nieuwe kansspelwet met maanden vertraagd.’
Politici en ambtenaren zijn sterk afhankelijk van de kennis die ze krijgen door de lobbyisten. ‘De Nederlandse politiek heeft geen oneindige middelen om zelf kennis te verwerven, dus er wordt van links tot rechts, van SP tot PVV, veel gebruikgemaakt van lobby’, stelt Korteweg vast. Ze zijn dus een onmisbare factor in Den Haag.
Er bestaat ook zoiets als ‘lobbyblindheid’, vertelt Korteweg bij Vroeg!. ‘Als Greenpeace bij GroenLinks of Partij van de Arbeid aanklopt met zaken die zij belangrijk vinden, dan is een fractie geneigd om dat niet als lobby te herkennen omdat dat aansluit bij hun standpunten of omdat Kamerleden een verleden hebben bij de organisatie. Dat zal SP hebben met de vakbonden en dat heeft de VVD met beleggers. Het sluit aan bij hun eigen standpunten en dus ze zijn geneigd om het niet als lobby te herkennen. Ze zullen niet op zoek gaan naar tegengeluid, terwijl je eigenlijk ook de andere kant van het verhaal moet horen.’
Bijna de helft van de oud-politici wordt lobbyist, zo blijkt uit onderzoek van Dit is de Dag uit 2021. Cora van Nieuwenhuizen en Stientje van Veldhoven verlieten toen beiden het demissionaire kabinet om bij een lobbyorganisatie aan de slag te gaan. De belangenverstrengeling is, volgens hoogleraar public affairs Arco Timmermans van de Universiteit Leiden, een groot risico. Door hun contacten in politiek Den Haag zijn er korte lijntjes waardoor mogelijk sneller invloed kan worden uitgeoefend. Dit gebeurt zelfs zo veel dat Nederland dit jaar een stukje corrupter werd, meldt De Marker.
‘Rond de verkiezingsprogramma’s worden er subcommissies aangewezen die informatie aandragen die lobbyisten dan kunnen bewerken’, aldus Korteweg. Normaal gesproken duurt dat traject een jaar, maar omdat het kabinet is gevallen wordt dat stuk nu overgeslagen, waardoor lobbyisten nu snel moesten handelen. ‘Dat is nu dus onder flinke tijdsdruk gebeurd. Voor een deel zijn ze denk ik nog steeds aan het zoeken omdat twee partijen, de BBB en NSC, groot kunnen worden terwijl de lobbyisten de kandidaat-Kamerleden niet kennen. Het is een enorm ander proces dan eerdere jaren, waarbij lobbyisten al keken naar wie van de leden van de VVD waarschijnlijk verkeer of de woningmarkt op zich zou nemen, waardoor ze konden voorsorteren. Dat kan nu niet omdat die partijen nog erg onbekend zijn, dus je hebt een schoon speelveld. Ze moeten zoeken naar manieren om nu bij de mogelijke toekomstige macht in de buurt te komen.’
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!