De dagelijkse videocollage Frontberichten, met filmpjes van hulpverleners in de strijd tegen corona, is in recordtempo van de grond gekomen. ‘Dit is het moment om gewone mensen in het zonnetje te zetten,’ vindt regisseur Geertjan Lassche.
Aub ff wachten,’ appt Geertjan Lassche. Het is iets na het afgesproken interviewmoment van half negen ’s avonds. De man van lange documentaires als Het laatste jaar van Twente en De jongens van de bouw zit midden in de deadline van een nieuw, zéér kort tv-programma: Frontberichten. Direct daarna stuurt hij de geschatte vertraging door: tien minuten. Twintig minuten later licht het iPhone-scherm weer op: ‘5 minuten.’ Frontberichten is een verzameling amateurfilmpjes van Nederlanders die de coronacrisis bestrijden: zorgverleners, schoonmakers, leraren, enzovoorts. Lassche smeedt de video’s aaneen tot een dagelijks verslag van een klein kwartier. Na negenen, luttele minuten voor het uitzendmoment, komt het verlossende bericht: ‘Je kan bellen.’
Zelden is een televisieprogramma van de publieke omroep zo snel tot stand gekomen als Frontberichten. Op de dag dat de ministers Arie Slob en (toen nog) Bruno Bruins bekendmaakten dat scholen, sportclubs en horeca dichtgingen vanwege corona, kwam Lassche op een idee. ‘Nogal wat filmprojecten waren stil komen te liggen,’ vertelt de documentairemaker. Hij moest kiezen: of een sabbatsjaar, of een nieuwe klus verzinnen. ‘Straks blijft iedereen thuiszitten en zijn de ziekenhuizen onbereikbaar voor filmploegen, dacht ik. Maar wat als die zorgverleners nu eens zelf verslag zouden doen? Met hun smartphones?’ Lassche stuurde via WhatsApp een bericht aan producent Sander van den Eeden. ‘Goed idee,’ antwoordde deze. ‘Ga ik over nadenken.’ Lassche polste zijn contacten in de ziekenhuiswereld. Op dinsdag lag er een uitgewerkt plan, dat Van den Eeden naar de netmanager van NPO 2 stuurde. Die bleek geïnteresseerd in een proefaflevering op zaterdagavond. Op donderdag werd een voorlopige montage gemaakt. Op vrijdag besloten de partijen dat Frontberichten een dagelijkse serie zou worden en diezelfde avond nog moest beginnen, na Nieuwsuur. Lassche riep in radioprogramma De Nieuws BV alle Nederlanders in cruciale beroepen – niet alleen in ziekenhuizen dus – op om vlogs in te sturen: videodagboeken met een verslag van hun dagelijkse werkzaamheden. Ook Facebook, Instagram en Twitter werden ingezet. De eerste uitzending van Frontberichten trok ruim een half miljoen kijkers en lokte lovende reacties uit, ook in landelijke dagbladen. ‘Het is één grote rollercoaster,’ zegt Lassche.
Wegens succes is het programma nu op NPO 1, te zien, na het late NOS-Journaal. Frontberichten biedt een brede kijk op het ‘slagveld’ van de coronacrisis. Zo vertelt de Amsterdamse huisarts Young Kon over de eerste keer dat hij een beschermingspak moest aantrekken, intensive care-verpleegkundige Cindy Gommans uit Venlo (die het omslag van deze VARAgids siert) ziet steeds meer patiënten aan de beademing en onderwijzeres Sophie uit Velp stapt door haar verlaten basisschool. ‘De leidraad is het gevoel van de dag,’ legt Lassche uit. ‘Aan de hand daarvan componeren we een uitzending. Worden er traumahelikopters ingezet, dan is dat belangrijk. Gaan de centrale eindexamens niet door, dan moet dat erin.’ Sommige video’s schuiven door naar de volgende dag als ze niet meer in het korte programma passen. Hoewel ook minister Slob vlogt over afstand houden in de Trêveszaal, moet Frontberichten vooral over gewone mensen gaan, vindt Lassche. ‘Daar ligt mijn hart. Dit is het moment om hen in het zonnetje te zetten.’ Onbekende Nederlanders komen veel te weinig aan bod in de publieke opinie, vindt de regisseur. Van de doorsneeburger wordt volgens hem al snel gedacht dat hij of zij laaggeschoold is, terwijl het net zo vaak om een hbo’er gaat. ‘Gewone mensen zie je zelden aan talkshowtafels, want daar geven bekende Nederlanders uit de showbizz hun mening. En nu blijken ze een cruciaal beroep te hebben. Ik hoop dat Nederland, wat dat betreft, totaal anders uit deze crisis zal komen.’
Hoeveel uren aan videomateriaal er dagelijks binnenkomt bij Frontberichten is niet te achterhalen. Het onlineteam achter het programma, dat 22 mensen telt, kampt met telefoongeheugens die vollopen met video’s die worden gedownload en beoordeeld. Op maandagochtend, drie dagen na de eerste uitzending, stonden er in de vlog-appgroep van het team bij BNNVARA alleen al 156 video’s die besproken waren. Een groot deel van de filmpjes zijn niet bruikbaar, zegt Lassche: omdat ze technisch niet in orde zijn of omdat de afzender een bepaalde organisatie naar voren probeert te schuiven, bijvoorbeeld. Wat hem opvalt aan het materiaal is de moed die de hulpverleners uitstralen. ‘Soms zie je dat ze bang zijn, maar dat is niet erg. Wij zoeken naar de menselijkheid in de video’s. Het gaat ons om authentieke verslagen.’ Sommige amateurfilmers springen eruit, door hun welbespraaktheid of door hetgeen ze meemaken. Zo lichtte longarts Wouter van Geffen uit Leeuwarden zijn vlogs al toe in De Nieuws BV en zat Gor Khatchikyan van de spoedeisende hulp in Utrecht in het praatprogramma Op1. ‘Laten we eerlijk zijn: een aantal amateurfilmers willen we graag houden. Een stuk of vijf keert regelmatig terug. Maar we hebben nog geen wetten voor dit nieuwe programma, hoor.’ Wel ontdekt Lassche al doende het een en ander. Zoals de kracht van een aflevering die alleen uit vlogs bestaat. ‘In het begin heb ik nieuwsbeelden van de dag tussen de filmpjes gemonteerd, of Twitter-berichten. Nu weet ik: dat hoeft helemaal niet.’ De vijfde uitzending is de eerste die volledig uit amateurmateriaal bestaat. Een andere vuistregel is dat elke uitzending hoopvol moet eindigen. ‘Het zou misdadig zijn om iets zwartgalligs te brengen. Niemand weet hoe het met de coronacrisis afloopt, maar ik geloof dat we er als samenleving bovenop zullen komen. Daarom zit op het eind altijd een knipoogje.’
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!