De situatie in veel verpleeghuizen is ondragelijk. Te weinig beschermingsmiddelen, onvoldoende personeel en slechte communicatie zorgen voor een onhoudbare situatie.
Het is chaos in de verpleeghuizen. De coronacrisis heeft deze huizen, gevuld met mensen uit de risicogroep, tot een ware hel gemaakt. Het water staat de huizen aan de lippen. De huizen zitten sinds het uitbreken van het coronavirus potdicht. Niemand gaat er nog in of uit, behalve het personeel. Een moeilijke situatie voor familie van de bewoners die juist in deze tijd hun (groot)ouders zouden willen bezoeken, laat staan voor de mensen in het verpleeghuis. Dit zijn veelal dementerende ouderen die de huidige situatie moeilijk kunnen begrijpen. Nu de deur dicht is, is het ook een stuk lastiger voor een familie om inzicht te krijgen in de situatie daarbinnen. Een situatie die in veel gevallen schrijnend is. Zo blijkt ook uit de cijfers. Het aantal sterfgevallen in de eerste week was twee keer zo hoog als normaal. In een week overlijden nu ongeveer vijftienhonderd mensen, waar dat aantal normaal gesproken ongeveer achthonderd is. 'Wij zijn geschrokken door deze cijfers', aldus Nienke Nieuwenhuizen van de beroepsvereniging van specialisten ouderengeneeskunde afgelopen donderdag in Op1.
Waar familie eerder goed op de hoogte werd gehouden door het zorgpersoneel, is daar nu nog amper tijd voor; door een tekort aan personeel is de communicatie erbij ingeschoten. Veel familieleden hebben dus geen idee over de situatie waarin hun (groot)ouder verkeert. Dit leidde in veel gevallen tot veel onrust, voornamelijk toen bekend werd dat er in verschillende verpleeghuizen corona was gedetecteerd. Op dat moment reizen er veel vragen bij de familie: is mijn moeder besmet? Zit mijn vader daar nog veilig? Worden de regels goed nageleefd?
Op1, maandag 13 april: Marcel van Roosmalen en Marion de Bruin over de problemen in verpleeghuizen (vanaf 27:20 - 45:20)
Communicatieprobleem Vragen waar vaak geen antwoord op kwam. Zo ervaarde ook huisarts Marion de Bruin; ze vertelt er afgelopen maandag over in Op1. Toen corona werd geconstateerd in het verpleeghuis wilde ze weten wat de situatie van haar vader was, maar er heerst een dringend verzoek aan haar, en andere familieleden van bewoners, om het zorgpersoneel niet persoonlijk te contacteren in verband met de drukte. ‘Je krijgt dan een belcentrale aan de lijn die zoveel mogelijk vragen probeert af te handelen.’ Wel kan ze meelezen in het medisch dossier van haar vader, waar door het personeel dagelijks in wordt gerapporteerd. In dat dossier merkt ze een lichte temperatuursverhoging op bij haar vader. Ook leest ze dat hij wat klachten heeft. ‘Ik heb dat een paar dagen gevolgd en ik zag dat mijn vader ziek aan het worden was, maar ik hoorde niks van de medische staf.’ Toen ze in het dossier las dat haar vader steeds zieker werd, besloot ze toch te bellen met de vraag of hij niet getest moest worden op het virus. Hij bleek coronapositief te zijn.
Te weinig beschermende kleding Naast de slechte communicatie is er een ander groot probleem: het tekort aan beschermende kleding is het grootste probleem in de verzorgingshuizen. Dat is iets wat De Bruin opviel toen ze akkoord kreeg haar vader te bezoeken nadat hij terminaal was verklaard. Dat is namelijk de enige reden om als buitenstaander het verpleeghuis binnen te mogen. Toen ze daar binnenstapte wist ze niet wat ze zag. ‘De deur werd opengedaan door een verpleegster in een soort slagersschortje en een flutterig mondkapje op. Ze zei "kom verder" en we liepen naar mijn vaders appartement.’ Daar aangekomen wenste de verpleegster haar succes en verwachtte ze dat De Bruin en haar man de kamer binnen zouden stappen. De Bruin was met stomheid geslagen en zei: ‘Mijn vader is coronapositief, ik wil mezelf graag beschermen.’ De verpleegster bleek niet op de hoogte te zijn van het feit dat De Bruins vader besmet was met het virus. ‘Zij wist van niks. Het stond ook nergens aangegeven dat mijn vader coronapositief is. Zij was hoogst verbaasd, want zij was daar al de hele ochtend binnen geweest zonder enige vorm van bescherming, en ook de schoonmakers hadden daar al rondgelopen zonder beschermend materiaal.’
Er werd hen aangeboden gebruik te maken van het beschermend materiaal dat daar voorhanden was. ‘Hetzelfde slagersschortje, een paar simpele handschoentjes en een mondkapje dat ook door mondhygiënisten wordt gebruikt. Dat is absoluut niet geschikt.’ Gelukkig hebben De Bruin en haar man beschikking over beschermend materiaal, omdat ze zelf werkzaam zijn in de medische sector, anders had zij niet op een veilige manier bij haar terminale vader op bezoek kunnen gaan. ‘Ik heb me in dat pak gehesen, samen met mijn man. Wij zijn de enigen geweest, in dat hele gebouw, die voldoende beschermd waren tegen het virus.’ Hierover liet ZZG Zorgroep, de groep waar ook het verpleeghuis van de vader van De Bruin onder valt, het volgende weten: ‘ZZG handelt op basis van de geldende richtlijnen van het RIVM en protocollen. De daarbij horende persoonlijke beschermingsmiddelen zijn in voldoende mate beschikbaar voor medewerkers.’ De reactie van De Bruin hierop is duidelijk: ‘Die waren er niet.’ Het personeel is volgens De Bruin niks kwalijk te nemen. Zij zetten zich met hart en ziel in om, zo goed en zo kwaad als het gaat, de nodige zorg te leveren. ‘Zij gaan met het risico om een coronabesmetting op te doen naar mijn vader om hem een slokje drinken te geven of uit de poep te halen. (…) Zij lopen daar huilend rond. Zij weten niet meer wat ze moeten doen.’ Wel neemt ze het de leiding kwalijk. ‘Die is onzichtbaar geweest.’
Vorige week werd er gesproken over besmetting in negenhonderd van de vijfentwintighonderd verpleeghuizen in Nederland. Nieuwenhuizen: 'Je ziet dat het het beeld van Nederland volgt. Het is begonnen in Brabant. Het is niet heel gek dat de verpleeghuizen daar achteraan komen. We hebben geprobeerd tegenmaatregelen te treffen (...) om te proberen veilige havens te creëren in de verpleeghuizen. Maar dat is met een virus heel erg lastig om helemaal waterdicht te krijgen. En dat is dus ook niet helemaal gelukt.' Toch vindt Nieuwenhuizen niet dat er gefaald is in het beschermen van deze kwetsbare groep. 'We zitten in een ongekende situatie. (...) We hebben echt geprobeerd ze te beschermen, maar het zijn wel de meest kwetsbare mensen. Onvermijdelijk dat er mensen overlijden in zo'n situatie.'
Op1, donderdag 16 april: Nienke Nieuwenhuizen van Verenso over hoge sterftecijfers in verpleeghuizen: 'Nog nooit eerder gebeurd' (00:50 - 16:50)
‘Zet de hekken open’ De dementerende moeder van Marcel van Roosmalen is woonachtig in hetzelfde verzorgingshuis, maar is vooralsnog niet besmet met het virus. Toch voelt Van Roosmalen zich niet gerust op het feit dat ze daar nog zit. ‘Buiten is het eigenlijk veiliger dan binnen. Ik vraag me af waarom we die mensen opsluiten. Ik heb op de radio een oproep gedaan om de hekken dan maar open te zetten.’ Hoewel zijn moeder negatief getest is op corona, is het maar de vraag hoelang dat zo zal blijven. Er wordt, naast het schrijnende tekort aan beschermingsmateriaal, weinig rekening gehouden met de RIVM-maatregelen. ‘Mijn moeder werd na anderhalf uur aangetroffen naast een coronapatiënt die ze zat te aaien.’ Van Roosmalen neemt het de directie van het verpleeghuis kwalijk dat zij voorafgaand aan het sluiten van de deuren niet duidelijk hebben gecommuniceerd over de situatie. ‘Ze hadden wat mij betreft best mogen communiceren dat ze totaal niet voorbereid waren op een lockdown-situatie. Dat ze totaal geen middelen hebben en dat de kans dat alle bewoners besmet raken heel groot is.’
Kwaliteit niet te garanderen Ook de kwaliteit van de zorg heeft veel te lijden onder de huidige omstandigheden. Toen Van Roosmalen enkele dagen geleden lucht kreeg van het nieuws dat het verzorgingshuis ontruimt zou worden, bleek pas hoe slecht het was gesteld met de zorg die zijn moeder kreeg. ‘De leiding noemde de omstandigheden zelf erbarmelijk. Ze konden de zorg niet meer garanderen.’ In een verklaring laat de zorggroep weten dat dit te maken heeft met de ‘zeer grote uitval van het vaste personeel en de grote emotionele en werkdruk op de nog aanwezige medewerkers’. Een groot deel van het vaste personeel is uitgevallen omdat zij besmet zijn geraakt met het coronavirus.'
Volgens Nieuwenhuizen heeft de slechte situatie in de verpleeghuizen te maken met de focus van het kabinet, namelijk: voornamelijk op de ziekenhuizen, en specifieker nog: de IC. 'De zorg in Nederland is nogal gecompartimenteerd. Je het de cure, de ziekenhuizen, en de care. (...) En dan is de blik toch niet zo gericht op de verpleeghuizen en de langdurige zorg. Een ondergeschoven kindje. Het kabinet had volgens Nieuwenhuizen betere beslissingen moeten nemen. Beslissingen voor het hele plaatje en niet alleen het eindstation (de Intensive Care). Donderdagochtend was Nieuwenhuizen voor het eerst te gast in Den Haag om te praten over de situatie in de verpleeghuizen. 'Ik denk dat het heel goed is dat het nu gebeurt. Dat het hele beeld in kaart wordt gebracht. Ook de kwetsbare ouderen thuis. Dan pas kan je bepalen of het beleid goed is.'
Volgens politiek commentator Joost Vullings kwamen de eerdergenoemde sterftecijfers ook bij politici hard aan, zo vertelt hij donderdag in Op1. 'De vraag die politici zich stelden was: ligt dit aan het tekort aan hulpmiddelen?' Die vraag werd ook aan minister Hugo de Jonge voorgelegd. De Jonge laat het antwoord vooralsnog in het midden. 'Dat kan, maar dat weten we niet.' Nieuwenhuizen is stelliger: 'Het helpt niet. We hebben in het begin echt een tekort gehad. Dan heb je wel een probleem als je verspreiding probeert te voorkomen.'