Iedere vrouw* komt vroeg of laat in de overgang, toch worden symptomen vaak slecht herkend en plakken we onterecht een ander label op klachten.
‘Ze weten vaak niet wat er in hun lichaam gebeurt’, aldus Tweede Kamerlid Corinne Ellemeet (GroenLinks). En als ze vervolgens met deze onbekende klachten naar een (bedrijf)arts stappen weet deze de klachten vaak ook niet goed te herkennen. ‘Dan krijg je bijvoorbeeld het label burn-out.’
De meeste vrouwen* komen tussen hun 40e en 60e levensjaar in de overgang. 1 op de 100 vrouwen* krijgt te maken met een vervroegde overgang, al voor hun 40e.
Het is belangrijk dat 'vrouwen bij klachten doorhebben dat het de overgang zou kunnen zijn en dat ze daar wat aan kunnen doen.’ Maar ook kennisverrijking onder artsen. ‘Artsen de mogelijkheid geven kennis over dit onderwerp te vergroten. Onder anderen gynaecologen willen dat graag. Die hebben dit jaar benoemd als het jaar van de overgang. Ze zeggen zelf ook meer kennis nodig te hebben.’ En vervolgens de sociale partners: vakbonden en werkgevers. ‘Want dit is ook een probleem van organisaties. Als je er iets aan kan doen dat een derde van de vrouwen die ziek thuis zitten, in de leeftijd tussen de 45 en de 60, niet per se thuis hoeven te zitten omdat we ze meer helpen daarbij, dan scheelt dat voor hen ook enorm veel.’
Op de werkvloer levert de kennisarmoede over de overgang regelmatig problemen op. Het zit namelijk zo: maar liefst een derde van het arbeidsverzuim onder vrouwen* tussen de 45 en 60 jaar hangt samen met overgangsklachten.
* vrouwen en mensen met een baarmoeder.
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!