egel

1 van de egels die het voederhuisje (omgekeerde IKEA box) met egelvoer in onze tuin bezoekt.

Kenmerken:
Een volwassen egel meet 20-30 cm en weegt in gezonde toestand tussen 800 en 1.200 g. Egels hebben een spitse snuit en de voor nachtdieren kenmerkende kleine ogen. De korte nek en kleine staart maken dat ze zich gemakkelijk kunnen oprollen. Omdat egels zich meestal met hun buik tegen de grond drukken bij mogelijk gevaar, lijkt het alsof ze korte poten hebben. In werkelijkheid zijn hun poten helemaal niet zo kort, wat duidelijk wordt eens de egel begint te lopen. De voorpoten zijn bovendien sterk genoeg om te graven. Het meest typerend voor de egel zijn de stekels die op zijn rug en kop de plaats van de haren innemen. Stekels zijn in feite omgebouwde haren. Ze zijn aan de basis bruin gekleurd, met daaropvolgend een brede, lichtgekleurde band, gevolgd door een dunne bruine band, om te eindigen in een korte lichtgekleurde top. De haren zijn gelig bruin over bruin tot grijsachtig en zijn op de buikzijde opmerkelijk korter en lichter gekleurd dan op de flanken. Het aantal stekels hangt af van de leeftijd en bedraagt 3.500 voor pas zelfstandige jongen tot 7.000 en meer voor volwassen egels. Onder de huid van de stekels bevindt zich een sterk ontwikkelde spierlaag, die het de egel mogelijk maakt zich op te rollen tot een bal. Onder de spierlaag zit een vetlaag, die vooral naar de winter toe dik is. ( waarneming.nl).