Hazen (en konijnen) behoren niet tot de knaagdieren, maar tot de haasachtigen (of dubbeltandigen), een aparte diergroep. Het verschil is dat haasachtigen achter de grote bovensnijtanden een paar stifttanden hebben staan, in tegenstelling tot knaagdieren.
Wat uiterlijk betreft lijken hazen en konijnen veel op elkaar. Volwassen hazen zijn echter forser, hebben grotere poten en langere oren met een zwarte punt, 'lepels'. De kleur van de vacht is grijs- of geelbruin, de buik is wit en de wangen zijn bleekgeel. De vacht van 'zandhazen' is wat meer roodbruin, terwijl die van 'kleihazen' wat grijziger is. Hazenharen ziijn 2 tot 3 cm lang met een zwart puntje. De dekharen zijn geelbruin. De dichte laag van dunne wolharen die altijd tussen de dikkere dekharen te zien is, is bij hazen wit (bij konijnen altijd grijs).
Jonge hazen hebben vaak een witte vlek op de kop. De haas houdt zijn staart tijdens het lopen vaak omlaag of horizontaal, waardoor alleen de zwarte bovenzijde zichtbaar is. Haasachtigen hebben, als echte planteneters, grote platte plooikiezen. Verder hebben ze relatief grote achterpoten, lange oren, grote ogen en terugtrekbare huidflapjes voor de neusgaten. Bron: Zoogdier Vereniging.
Lees meer
Reacties (2)
Mooi stel. Lieve groet,
Marjon