Tureluur, tureluurs van hun zang.

De tureluur is een steltlopersoort die het hele jaar in Nederland te spotten is. Grote aantallen doortrekkers en een deel van die noordelijke doortrekkers overwinteren in het waddengebied. Tureluurs zoeken hun voedsel in natte structuurrijke weilanden en op slikken. Het totaal aantal broedparen is geschat op 24.000 tot 36.000. Het nest bestaat uit een kuiltje / kommetje verscholen in een graspol. Het legsel bestaat meestal uit een kwartet eieren. Wanneer de vogel op het nest zit te broeden zit zij of hij diep verscholen onder de lange grashalmen die zij over zich heen buigen. Zo valt de broedende vogel niet op in de groene weide omgeving. Een slim trekje van het paartje tureluur is profiteren. Door tijdens het broedseizoen het nest in het weiland zo dicht mogelijk bij kievitsnesten te bouwen. Wanneer een predator de eieren of jongen wil roven van deze groep weidevogels gaan ze na het gegeven alarmsignaal, de indringer in het luchtruim met z’n allen te lijf. Zo proberen de steltlopers onder het motto “samen staan we sterk” de indringer(s) te verjagen. De tureluur heeft een roep van staccato achtige onafgebroken geluiden, muzikaal omlaag lopend “tluu-uu-uu”. Indien opgejaagd volgt een “stroom” van hoge geluiden, die constant achterelkaar worden herhaald. Fluit het zelf eens na, of zet gewoon een weidevogel cd- tje op om er tureluurs van te worden. En speur de tureluur door middel van zijn zang op in het weide- en kustgebied.