Brilduiker, maakt zich op; voor vertrek naar broedgebied.

Wie wel eens -eind zomer- Zweden bezoekt, kan ze dan al in grote getale in zuid west-Zweden tegenkomen, verzameld op groot water. Klaar voor vertrek naar de zuidelijke gelegen overwinteringsoorden. Nu op dit moment in Nederland –voorjaar- als je brilduikers tegen komt, zie je dat de mannetjes op hun mooist zijn. Hun kleurrijke fluorescerende donkerblauw/-groene hoge kuifkop valt het meest op, wanneer de zon er onder –een bepaalde hoek- op schijnt. Ook de ovale witte vlekken op de wang -aan de basis van de snavel- zie je afsteken tegen de opvallende ‘kop’veren. Hieraan -als een brilletje uitziend- heeft de zwart/witte duikeend zijn naam te danken. Een vrouwtje brilduiker is een nogal onopvallende, compacte eend met een roodbruine kop –heeft evenals het mannetje- opvallend gele ogen- grijzige flanken en een witte halsring. Brilduikers broeden -in de zomer- in noord Scandinavië en Rusland. Hun biotoop liggend in grote oude uitgestrekte bossen -in een moerasachtige omgeving- met grote heldere Fenno-Scandinavische meren, waterpartijen en/of met traag stromende rivieren.
Toelichting; Fennoscandinavië of Fennoscandië is een geografische en geologische term om het Scandinavisch Schiereiland, het Kolaschiereiland, Karelië en Finland te omschrijven die in 1898 bedacht werd door de geoloog Wilhelm Ramsay. De term wordt soms gebruikt om de gebieden van Noorwegen en Zweden aan te duiden die onder het Fennoscandisch Schild, een deel van het Baltisch schild, vallen.
Bij terugkeer in hun noordelijke vaderland zoeken ze een nestplek op. Brilduikers zijn van huis uit ‘holenbroeders’. Het paartje zoekt een nestholte, vaak gebruiken ze een oud verlaten nest, bijvoorbeeld van een zwarte specht. Vogelaars van het thuisfront hebben speciaal -om de brilduiker te helpen- rondom de meren in het broedgebied, nestkasten opgehangen in bomen. Vanaf begin april legt het vrouwtje haar eieren. Een legsel bestaat uit 6-11 eieren soms meer. Waarschijnlijker is dat door een ander vrouwtje aan een legsel toegevoegd. Een aardig “weetje” is dat het vrouwtje brilduiker een ei-xact correct legger is. Dat wil zeggen: wanneer het vrouwtje brilduiker in de aanloop -tijdens het leggen van het voltallig ei legsel- een ei breekt zij een ‘éxtra’ aanvullend ei erbij legt, totdat ‘haar’ legsel compleet is. De brilduiker is in Nederland een Jaarvogel; en zomervogel in zeer klein aantal zeldzame broedvogel. Slechts enkele tientallen paren brilduikers In Nederland heeft zich vooral gevestigd op landgoederen met grote vijverpartijen en weelderige bossen. Op dit moment maakt de grote meute zicht op voor terugtrek naar het noordelijk deel van Europa. De brilduiker is een fascinerende wintergast. Beide gasten met een prachtige verenkleedtekening en van op afstand de altijd gelijk opvallende goudgele ogen. De Britten noemen hun brilduiker “Goldeneye”, een toepasselijkere naam kun je deze duikeend -met zijn goudgele ogen- niet geven. (m.d.a. Bron: VB vogelgids en Wikipedia).