Vanmorgen, even naar de winkel. De voerdersilo’s en birdfeeders moeten weer gevuld worden. Wanneer het blad valt - het kleurenfestijn van rood, goudgeel en geelgroen - dan begin ik met het voeren van mijn tuinvogels. Pak mijn fiets en stap op. Rij mijn straat uit met bomen, geplant aan beide zijden van de rijbaan. Moeraseik (Quercus palustris), met mooi gekleurde grof gelobde bladeren, hebben een opvallend dieprode herfstkleur. Deze wordt in Nederland door de “groendiensten” tamelijk veel aangeplant langs straten en in parken en plantsoenen binnen de bebouwde kom. Het massaal gevallen blad ligt - in wind luwe plaatsen - opgehoopt bijeen geblazen door de wind in de molgoot. De geplaatste bladkorven zitten tot aan de nok toe gevuld. De compostering - omzetten van blad naar humus – naar bruikbare potgrond kan beginnen. De bodemdieren, aardwormen, pissebedden, duizendpoten en springstaarten maar ook schimmels kunnen aan de slag. Bladval in dit jaargetijde - deze eeuw - is later, dan in de herfst van de vorige eeuw. Dat was te zien in de uitzending van Vroege Vogels TV, afgelopen week. De intochten van Sint Nicolaas oprij gezet van af 1924 tot op heden. Dat de bomen in november van de vorige eeuw kaal waren, en nu in 2013 een groot deel van de bomen op dit moment nog in blad zitten. Als ik weer bij huis ben, kijk ik en geniet ik nog even van de kleurrijke bomen in de straat. Ga naar binnen en vul de vogelvoedersilo. Even later zit in de erker - met een kopje koffie in de hand - en kijk door de kleine ruitjes van het raam naar buiten. Dan breekt flauwtjes de zon door, zonlicht stralen snijden door en tekenen zich af in de nevelige najaars lucht. Het blad van de heester (?) in de voortuin kleurt mooi van groen naar goudgeel. Als je naar het blad kijkt zie je dat het chlorofyl zicht terugtrek naar de bladnerven. Een tegenstelling van kleuren - tekenen het blad in de herfst van leven - naar afstoten, dood. Opeens beweegt er iets tussen de bladeren van de heester. Een klein bijna kogelrond vogeltje - van amper 5 gram - groenig van kleur, naar onderen grijs/wittig. De snavelvorm; is een dunne insectensnavel. Dan valt de geel oranje, bijna zwart ingekaderde kruinstreep op. Een GOUDHAAN-tje (Regulus regulus) in de voortuin! Op zoek naar insecten en spinnetjes in de sparrenboom van de buren. Deze vogel, samen met het nauw verwante Vuurgoudhaantje (Regulus ignicapilla) zijn de kleinste Europese vogelsoorten. De Iets groter en feller gekleurde Vuurgoudhaan, met witte oogstreep lijkt alsof de vogel is “opgemaakt”. Wanneer hij zich opwind zet hij zijn “vuurkuif” op, prachtig knal oranje. Deze herfstige morgen kan niet meer stuk, het is “allemaal goud wat er blinkt”. Even later zie ik de kinderen in de straat met de herfstbladeren spelen. Ze gooien bladeren naar elkaar en in de lucht en de wind legt de neer dwarrelende bladeren weer in patronen bijeen op straat. Het blijft een (kleuren) festijn het jaargetijde HERFST.
Op de foto - rechts onder - ook nog te zien een gewone zakdrager (cocon). Een rups van een microvlinder. Het mannetje van deze vlinder heeft vleugels, het vrouwtje daarin tegen is net zoals bij vele microvlinders en wintervlinders vleugel loos. Je zou kunnen zeggen, het kokerjuffertje van de droge omgeving. De coconkokertjes worden gevormd/samengesteld uit allerlei natuurlijk materiaal zoals; takjes, strootjes, zand, dekschildjes van kevers etc. Voor meer info klik op link:
http://www.microlepidoptera.nl/soorten/resultaten.php?zw=zakdrager&zoekknop.x=0&zoekknop.y=0
Lees meer
Reacties (2)
Dank voor de aanvulling over de zakjesdrager (cocon).
Tekst aangepast.
MVG, WiLL.