De mannelijke katjes kunnen als ze rijpen tot 12 cm lang worden. Ze beginnen te bloeien voordat er blad aan de boom komt. Uit de lange rupsjes – de meeldraadkatjes – kun je nu geel stof zien wolken: stuifmeel. Met de wind komt dat stuifmeel terecht op de stampers van de vrouwelijke katjes, die op purperrode knopjes lijken. In de zomer groeien de vrouwelijke katjes uit tot houtige elzenproppen.
De gevleugelde zaadjes die uit de elzenproppen komen, drijven goed omdat ze een luchtkamertje hebben. Al drijvend verspreidt deze boomsoort zich over grote afstanden. In de winter zie je onder de els vaak sijzen en barmsijzen scharrelen op zoek naar zaden. Ook mezen zijn er dol op.
(bron: Roots)
Lees meer
Reacties (1)
Wow, mooi, voorjaar!