De soort kent een generatie per jaar en kan worden waargenomen van juni tot oktober. Hij leeft op kruiden en stuiken zoals Braam, Brem en Grote brandnetel waar hij zuigt aan de vruchten en knoppen. Ook insecten als bladluizen en diverse rupsen en eitjes staan op het menu.
Deze langwerpig ovale wants kan 4,5 tot 5,5 mm lang worden en is altijd langvleugelig. Het lichaam is zwart met witte schubjes en de pootjes zijn groen en geel. Meest opvallend zijn de brede zwartbehaarde eerste twee antennesegmenten. De laatste twee segmenten zijn wit aan de basis.
(WP)
Lees meer
Reacties (2)
Dat kleintje heb je er knap opgezet. Hoe hij aan zijn naam komt is wel duidelijk.
gr. Hanneke
Goed gevangen, dit jaar geen gezien. Gr. Jan