Dit kevertje wordt 3 – 5 mm lang.
Het is een zwarte kever met een goudgroene glans en een relatief kleine kop die deels onder het halsschild verborgen is (zoals bij alle Cryptocephalus-soorten).
De voor- en zijrand van het halsschild zijn geel
en op de dekvleugels bevinden zich aan de zijkanten en aan het eind gele of rode vlekken.
De poten zijn in wezen zwart maar aan de voorzijde gelig van kleur.
De mannetjes hebben op het voorhoofd een X-vormige tekening
terwijl bij het wijfje op het voorhoofd twee rode lengtestrepen te zien zijn.
De larven leven in een koker van keutels, die ze
met zich meedragen, op de bodem en voeden zich met plantendelen.
Cryptocephalus-soorten zijn van mei tot augustus
te vinden op graslanden en langs bosranden in bomen, op struiken en bloemen.
Vooral in Midden- en Zuid-Nederland komen er
zeker 25 moeilijk te onderscheiden soorten voor. Angelfire.
Lees meer
Reacties (2)