Groene vleesvlieg

Er zijn een heleboel groene of kopergroene vleesvliegen die we in het Nederlands "groene vleesvlieg" noemen. In de tuin zie je er twee heel veel: de Groene vleesvlieg (Phaenicia sericata) en de Gewone keizersvlieg (Lucilia caesar). Beide soorten zijn in het veld (nagenoeg) niet te onderscheiden. Wat soms op weg kan helpen is de kleur van basicosta (voorste deel van de vleugelschub). Bij Lucilia sericata is de basicosta geelachtig, bij Lucilia caesar is dat deel donker.

En er zijn meer overeenkomstige soorten, zoals de Groene paddenvlieg (Lucilia bufonivora). Een onsympathieke soort die haar eitjes legt in de neus van een pad. De larven gaan naar binnen en eten de pad van binnenuit op! Een andere Groene vleesvlieg is Lucilia cuprina, waarvan de larven wel in de medische wereld worden gebruikt, omdat ze antibacteriële stoffen uitscheiden. Ook de larven van Lucilia sericata worden medisch gebruikt om vieze wonden schoon te maken. De larven eten namelijk uitsluitend dood vlees en laten levend vlees met rust. Alleen al in Nederland komen zo'n 10 Lucilia-soorten voor. En die zijn allemaal groen en mogen Groene vleesvlieg of Keizervlieg worden genoemd.


Op veel webssites zien we foto's van Lucilia ceasar. Althans dat wil men ons doen geloven. In werkelijk kan het vaak net zo goed gaan om één van de andere 10 Lucilia-soorten. Dat komt omdat verreweg de meeste insectengidsen slechts een groene soort afbeelden: Lucilia ceasar. Daardoor worden veel mensen op het verkeerde been gezet.

Verwarrend ! Daarom Groene vleesvlieg (Lucilia sp.), dan zit u altijd goed met de naam.

(Bron ged. The Garden Safari)