uitkijkpost

Herkenning:
13,5­-16,0 mm. Forse wants waarvan de lichtbeige grondkleur grotendeels bedekt wordt door zwarte putjes. Deze putjes zijn onregelmatig geplaatst en klonteren vaak samen, waardoor een vlekkerig patroon ontstaat. Het connexivum is geblokt en de antennes zijn zwart op de lichte basis van segment drie, vier en vijf na. De onderzijde is grotendeels licht met zwarte vlekjes. Kan verward worden met de in 2018 in Zuid-Limburg gearriveerde bruingemarmerde schildwants Halyomorpha halys maar antennenlid 3 en 4 zijn aan de basis voor de helft licht met een donkere top (bij H. halys is segment drie aan de top en de basis licht en in het midden donker).

Verspreiding:
De grauwe veldwants was tot begin deze eeuw alleen bekend van vermoedelijk geimporteerde dieren. De soort heeft zich echter sindsdien in Nederland gevestigd en is nu algemeen in Limburg, Noord­-Brabant, oostelijk Gelderland en Overijssel. Buiten dit gebied zijn verspreide waarnemingen bekend en waarschijnlijk zal de soort zich verder uitbreiden richting het noorden en het westen.

Biotoop:
Komt voor op loofbomen - soms op naaldbomen - en kruiden, onder meer langs bosranden, op ruderale terreinen en in tuinen. Overwinterende dieren worden soms in huis aangetroffen.

Fenologie adult:
Overwintert als adult en is al vroeg in het jaar actief met een duidelijke piek in maart en april. Dieren van de nieuwe generatie vertonen een piek in de waarnemingen in de periode van augustus tot in oktober.
(waarneming.nl).