Een eerlijk gelijkwaardig Nederland. Wij zijn voor. Jij ook?

What's Left: wat is er over van politieke idealen op links?

  •  
22-09-2022
  •  
leestijd 6 minuten
  •  
1823 keer bekeken
  •  
Juul Op den Kamp en Johan Fretz

Juul Op den Kamp en Johan Fretz

© Wesley Verhoeve

Electoraal links Nederland, en de PvdA in het bijzonder, ligt in puin. Columnist/schrijver Johan Fretz en filmmaker Juul Op den Kamp gaan op zoek naar de oorzaak.

Van een strijdbare Joop den Uyl met meer dan vijftig zetels tot een teleurgestelde Lilianne Ploumen met nog maar negen zetels. Door de erbarmelijke score van linkse partijen – en met name de PvdA – in een tijd dat het thema gelijke kansen urgenter is dan ooit, vroeg Johan Fretz (36) zich af: hoe heeft het zover kunnen komen? Wie of wat is verantwoordelijk voor de teloorgang van de linkse idealen uit zijn jeugd? 

Samen met filmmaker Juul Op den Kamp (30) maakte hij de persoonlijke documentaire What’s left. Daarin vraagt hij niet alleen voormalige PvdA-kopstukken Wouter Bos, Diederik Samsom en Job Cohen naar hun rol, ook zijn eens politiek bevlogen moeder Virginia en zijn vader Jan komt aan het woord: ‘Ik stem niet meer.’ De Haagse en partij-ontwikkelingen zijn gekoppeld aan beelden van andere gebeurtenissen uit diezelfde tijd: Fretz spaart Flippo’s op het moment dat Paars aan de macht is en we zien Arjen Robben tijdens het WK in Zuid-Afrika missen op het moment dat Rutte 1 regeert. De documentaire – waaraan een jaar is gewerkt – is snel, toegankelijk en actueel en bevat door de droge voice over van Fretz ook nog humor.

Fretz: ‘We hebben ons met name op de PvdA gericht omdat dit de grootste linkse partij was die daadwerkelijk in het kabinet zat en macht had. Ik deel mijn Parool-columns op Instagram, veel jonge mensen tussen de 18 en 35 jaar lezen die stukken. En bij hen zie ik een enorme opleving van idealisme, van links activisme. Zij hebben vaak geen idee hoe het zover heeft kunnen komen met de sociaaldemocratie. Het is populair om te zeggen dat het neoliberaal denken is doorgeschoten door de VVD. Maar linkse politici hebben ook een bijdrage aan de afbraak geleverd. Het leek me te gek om daarover een film te maken op een zinderende, snelle manier. Zoals Michael Moore’s Fahrenheit 9/11, die ik als jongen van vijftien zag.’

Op den Kamp: ‘We vroegen ons af hoe we dat betoog visueel konden maken. Toen dachten we: het moet een popcorn movie over politiek worden. Een film waarin we politieke sleutelmomenten uit het archief, soms heel oubollige, samen met popcultuur referenties op een snelle manier zouden tonen. Door het gebruik van beelden van voetbalduels en hypes trekken we kijkers nu in die bepaalde periode, laten we ze een tijdreis maken.’

Johan Fretz

Johan Fretz

© BNNVARA / Frenkie Media

Fretz: ‘We hebben er bewust voor gekozen om het persoonlijk te maken. Ik kan wel hoog in de boom zitten en als verteller analyseren: zo en zo is het misgegaan. Maar dan had What’s left ook door twee vijftigers met een heel zwaar journalistieke achtergrond gemaakt kunnen worden. Nu laten we beelden zien van de kleine Johan die met zijn vader voor de televisie zit, samen kijken ze naar de gebeurtenissen op het wereldtoneel. Op die manier is het een tijds- en een generationeel document. De ontwikkeling van de politiek door de blik van de opgroeiende millennial.’

Op den Kamp: ‘Zo proberen we kijkers ook te laten ervaren hoeveel invloed politiek soms op een mensenleven heeft zonder dat je het zelf in de gaten hebt.’

Fretz: ‘Als linkse columnist krijg ik vaak naar mijn hoofd geslingerd: jij hebt makkelijk praten vanuit de grachtengordel met al je privileges. Een totaal verkeerde aanname. Ik heb een compleet andere achtergrond. Ik ben opgegroeid in Oud-Krispijn in ­Dordrecht, in een arm gezin. Mijn ouders zijn die teleurgestelde PvdA-kiezers. Ik heb een zwarte moeder en een witte vader, bij ons thuis werd er veel over politiek gepraat. Over racisme en klassenstrijd. Dus niks grachtengordel. Ik denk dat ik nog duizend documentaires met Juul moet maken voordat ik überhaupt een kamer aan de gracht kan kopen.’ 

What’s left toont diverse sleutelmomenten in het electorale verval van de sociaaldemocratie in het algemeen en die van de PvdA in het bijzonder. We zien onder meer Wim Koks beruchte pleidooi uit 1995 over het afschudden van de ideologische veren. Gevolgd door de onvergetelijke beelden van een totaal verongelijkte Ad Melkert tegenover Pim Fortuyn in het voor hem desastreus verlopen verkiezingsdebat in 2002. Vervolgens Wouter Bos en Diederik Samsom die kozen voor inbinden in plaats van een scherp standpunt innemen. En daarna nog Job Cohen die als messias door de partij op het ­Binnenhof op het schild werd gehesen, maar roemloos in Den Haag ten onder ging. Bos, Samsom en Cohen komen allen aan het woord in What’s left. 

Juul op den Kamp

Juul op den Kamp

© BNNVARA / Frenkie Media

Fretz: ‘We zaten er eerst een beetje mee in onze maag dat we drie witte mannen van boven de vijftig op de voorgrond zouden schuiven. Maar ja, dit zijn wel de mannen op wie ik voor het eerst in mijn leven heb gestemd. Ik dacht eerst: Ploumen moet er ook bij. Maar zij was op dat moment nog PvdA-leider en politici aan de macht zeggen niks, durven niet kritisch te zijn of te reflecteren. Met Ad Melkert, die destijds ook het linkse klassieke gedachtegoed bij het vuil zette, hadden we een hele docu kunnen vullen. Ik hoop dat hij zich ooit nog uitspreekt, maar dat is meer iets voor Coen Verbraak. Ik was al heel verbaasd dat Bos, Samsom en Cohen ja zeiden.’

Op den Kamp: ‘Job Cohen verraste mij het meest. Hij was heel open, toegeeflijk en durfde zijn hand in eigen boezem te steken. Bos deed dat ook maar in mindere mate. En net als Samsom zorgde hij er ook voor dat zijn verhaal voor zichzelf wel logisch bleef, beiden creëerden een narratief dat voor henzelf klopte.’

'Er is geen tijd meer voor gemekker en elkaar op links de tent blijven uitvechten.'
Johan Fretz

Fretz: ‘Ik vond toch dat Samsom veel lef toonde door mee te werken. Over Rutte 2 en de rol van de PvdA daarin ben ik genadeloos geweest. Dat hij wilde komen, vond ik genereus. Tegelijkertijd verbijsterend hoe weinig kritisch hij was op zichzelf en Rutte 2.’

Hoewel de stemming in het land momenteel bepaald niet positief is – polarisatie lijkt groter dan ooit en velen maken zich zorgen om klimaat, energie en financieel overleven – eindigt What’s left min of meer optimistisch. 

Fretz: ‘Om hoopvol te kunnen zijn, moet je kijken hoe het is misgegaan. Het linkse verhaal ligt nu voor het oprapen. Steeds meer mensen winden zich op over ongelijkheid. Er is geen tijd meer voor gemekker en elkaar op links de tent blijven uitvechten. Als het kabinet dan valt, heeft die partij straks weer elf zetels en die dertien, daar schieten we niks mee op. We moeten ons niet laten verblinden door valse tegenstellingen.’

Op den Kamp: ‘Links moet zich niet laten afleiden door het voeren van cultuuroorlogen, maar terugkeren naar de kern van de sociaaldemocratie.’

Fretz: ‘Beseffen dat de mensen die door vastgoedmagnaten uitgerookt worden in de naoorlogse wijken van bijvoorbeeld Rotterdam eigenlijk eenzelfde strijd voeren als de vader die meedoet aan een anti-racisme demonstratie omdat zijn kind een heel hoge cito score heeft maar een laag advies kreeg. Uiteindelijk gaat het om alle vormen van ongelijkheid en daarin moet je elkaar weer vinden. Samen strijdvaardiger zijn, er stevig ingaan met gestrekt been in plaats van het slappe gedoe. Ik hoop dat onze film een soort steen in vijver is. En tegelijkertijd laat zien dat je ook om bepaalde dingen kunt lachen.’

Op den Kamp: ‘Het is belangrijk niet cynisch te worden. Door via de voice-over kleine opmerkingen te maken over het gedrag van betreffende politici voegen we zelfspot, humor en vertwijfeling toe. Grappig wanneer Johan zich in het debat tussen Melkert en Fortuyn gaat verplaatsen in wat zich afspeelt in de hoofden van die oude witte mannen.’

'Jonge mensen durven grenzeloos te zijn in wat ze verlangen van de wereld en hoe ze die denken te veranderen.'
Johan Fretz

Fretz: ‘Het zelfbeeld van Nederland strookt niet helemaal met waar we nu staan. Door de jaren 90 dacht ik ook heel lang dat we heel tolerant waren en leefden in een paradijs op aarde. Maar we hebben ons vastgeklampt aan nostalgie op een gegeven moment. Natuurlijk behoren we nog tot de meest egalitaire landen van de wereld. Maar afgezet tegen waar we vandaan komen, is het een stuk minder geworden. De zoon van de bakker en die van de advocaat hebben echt niet dezelfde kansen. Dat is goed om te tonen. Juul en ik zijn millennials die behoren tot de generatie die heel lang navelstaarderig was over essays en boeken. Dachten: er is zoveel te kiezen dus kiezen we maar niks en dat soort gezeik. Jongere mensen zijn zo strijdbaar, zij hebben mij geïnspireerd. Ze durven grenzeloos te zijn in wat ze verlangen van de wereld en hoe ze die denken te veranderen. Dat irriteert mensen. Ik hoop dat wanneer ik vijftig ben, ik me kapot erger aan jongeren. Want ik realiseer me dat er een radicale kracht nodig is om ons vooruit te helpen, om altijd maar dingen te blijven bevragen die wij als norm zijn gaan zien.’

Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.

Altijd op de hoogte blijven van het laatste nieuws?

Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!

Gerelateerd

Meer over dit onderwerp