De hulp voor slachtoffers van mensenhandel en seksuele uitbuiting schiet tekort. Dat vindt advocaat en politicus Don Ceder. Wat is er nodig om de zorg te verbeteren?
Om hoeveel mensen het gaat is op dit gebied heel moeilijk te zeggen, volgens Annemarie Heeringa van het Leger des Heils. ‘Omdat het zich zo in het verborgene af kan spelen.’ Om een beeld te schetsen: in Amsterdam zitten bij Heeringa op dit moment ruim zeventig mensen in het project ‘Recht in uitbuiting’ die slachtoffer zijn geworden van mensenhandel. ‘Dat zijn zowel mannen als vrouwen. Dat gaat grotendeels om seksuele uitbuiting, maar ook om gedwongen criminaliteit of arbeidsuitbuiting.’
Ongedocumenteerd De meeste slachtoffers zijn ongedocumenteerden. Wat inhoudt dat deze mensen geen geldige verblijfsvergunning hebben. De mensen komen voornamelijk uit Nigeria. Maar ook uit Gambia, Sierra Leone, Ivoorkust, en een enkeling uit Suriname en Egypte. ‘Voornamelijk West-Afrika’, aldus Heeringa. ‘Deze mensen gaan veelal mee in de vluchtelingenstroom. Mensenhandelaren maken gebruik van de huidige crisis in het Midden-Oosten. Wat we nu zien is dat West-Afrikanen via Libië op de boot naar Italië komen. Vanuit Italië gaan ze dan weer door naar andere plekken in Europa. Vaak worden ze in Italië al uitgebuit.’
Aangifte doen Don Ceder zet zich, in zijn rol als fractievoorzitter voor de ChristenUnie in Amsterdam, in voor deze mensen. ‘Mensenhandel is een feit. (…) Ik spreek ook vrouwen en daarin hoor ik vaak dat niet iedereen geholpen wordt. Dat heeft te maken met het gemeentelijk beleid. Dat stelt namelijk pas verder onderzoek te doen op het moment dat er aangifte wordt gedaan.’ En dat doen deze slachtoffers dus niet. Veel mensen willen of durven namelijk helemaal geen aangifte te doen. ‘Bijvoorbeeld als er sprake is van een afhankelijkheidsrelatie. Ik heb ook een vrouw gesproken die zelfs een kind heeft met haar uitbuiter.’
Aangifte = slachtofferschap Toch houdt de gemeente vast aan de regel van aangifte. Volgens Ceder omdat ze het dan pas serieus willen nemen. ‘De gemeente zegt vaak: pas als je aangifte doet koppelen wij dat aan slachtofferschap. Als je geen aangifte doet zien wij geen slachtoffers.’ Het feit dat de meeste slachtoffers ongedocumenteerd zijn hoeft niet uit te maken voor de aangifte. Er bestaan duidelijke afspraken met de gemeente hierover, volgens Heeringa. Dat hoeft dus geen reden te zijn om van aangifte af te zien. Mensen kunnen niet worden uitgezet omdat ze niet over de juiste papieren beschikken, wanneer zij naar de politie stappen om aangifte te doen.
Culturele eigenschappen Een andere reden voor deze mensen om geen aangifte te willen doen is een zogenoemde ‘Voodoo-vloek’. Dit is een veelgehoorde reden onder Nigeriaanse vrouwen. ‘Zij zeggen dan dat er een vloek over hen is uitgesproken en dat er met het doen van aangifte hele erge dingen zullen gebeuren’, aldus Ceder. Daar komt nog eens bij dat de meeste slachtoffers van mensenhandel afkomstig zijn uit landen waarin veel corruptie plaatsvindt. Daarom hebben zij vaak maar weinig vertrouwen in politie en justitie. ‘Daarin zie je dat culturele eigenschappen ook een drempel kunnen zijn voor het doen van aangifte’, zo legt Ceder uit.
Tijdelijk verblijfsrecht Heeringa ziet ook hoe belangrijk het is voor de slachtoffers om aangifte te doen. Daarom gaat ze in gesprek met deze mensen en probeert ze hun vertrouwen te winnen. Ze vraagt of ze aangifte willen doen. Een bijkomend voordeel van het doen van aangifte is dat deze ongedocumenteerde mensen een tijdelijk verblijfsrecht ontvangen, zolang het strafrechtelijk onderzoek loopt. Daarmee krijgen ze ook toegang tot de voorzieningen, zoals de zorg.
'Een gemiste kans' Toch lijkt dit verblijfsrecht ook niet op te wegen tegen de angst om aangifte te doen. Daarom is er de afgelopen jaren geëxperimenteerd met een project waarbij slachtoffers hulp konden ontvangen zonder aangifte te doen. Maar eind 2019 is dit project stopgezet in verband met een tekort aan geld. ‘Dat is een gemiste kans,' volgens Ceder, ‘omdat het om een hele kwetsbare groep mensen gaat die in Nederland zitten en uitgebuit worden.’ Landelijk is er een paar miljoen euro nodig om de juiste hulp te kunnen bieden, zo stelt Ceder.