Ans Stouten
© Scheefgroei
‘Je wordt in je omgeving zo erg betutteld en vanaf het moment dat je op het mbo zit, krijg je te horen: “Jij kunt dit niet"', vertelt Ans Stouten in Scheefgroei. Op sociale media lieten jullie weten wat jullie ervaringen zijn met een verkeerd schooladvies:
Mariëlle: 'Het allerbelangrijkste is dat kinderen/jeugd goed in hun vel zitten en waar ze ook beginnen, dat maakt geen bal uit, de een is een denker de ander een doener, we hebben elkaar allemaal nodig in de maatschappij, een grote ketting met schakels.'
Zoe: 'Same, van Tl naar havo, toen pakket in thuisstudie moeten omswitchen, toen vwo en nu studeer ik geneeskunde en heb een eigen tattoostudio.'
Yaêl: 'Dit is zo fijn om te lezen. Ik voel mij altijd zo gekleineerd als ik aangeef dat ik na mijn mbo 4, hbo, een master wil doen. "Weet je wel zeker dat je dit aankunt? Waarom zou je nog zo lang willen studeren als je al een diploma hebt?" Ik voelde me altijd heel alleen maar nu lees ik dat anderen dit ook behaald hebben en dit geeft mij weer een soort strijdkracht.'
Jolien: 'Was een verlegen kind dus ondanks dat mijn Cito-score wel degelijk havo/vwo uitwees, kreeg ik toch een vmbo-advies want "ik zou de druk van havo niet aankunnen". Bij kinderen blijkt dus helaas al te gelden dat je meer capabel wordt geschat als je op de voorgrond staat. Brugklas toen met twee vingers in de neus gedaan en toen doorgestroomd naar havo en daarna nog vwo erachteraan gedaan. Heb nu een universitair masterdiploma op zak.'
Danny: 'Zoooo herkenbaar. Volgens de Cito kwam ik niet verder dan de praktijkschool. Mijn leraar van de basisschool heeft er alles aan gedaan, samen met mijn moeder, dat ik de mavo heb kunnen doen, doorgestroomd naar mbo 4 en uiteindelijk mijn hbo gehaald met de juiste ondersteuning. JE KUNT MEER DAN JE DENKT!'
Dennis: 'Ik heb mijn basisschool doorlopen op een Lom-school (speciaal onderwijs) waarna ik naar de ILO (Individueel Lager Onderwijs - Groenschool) doorstroomde. Vanuit daar ging ik naar het mbo om vervolgens mijn hbo succesvol af te ronden. Je kan luisteren naar mensen die zeggen dat je het niet kunt of dat het te hoog gegrepen is, maar je kan ook voor mensen kiezen die je steunen en helpen. Dat laatste heeft mij gebracht waar ik nu sta vandaag de dag.'
Tommy: 'Ik vond school nooit leuk, altijd met tegenzin en al heel gauw gestopt met studie. Nu een goede baan met verantwoordelijkheid waarin ik me verder kan ontwikkelen. Mensen moeten ook de kans krijgen!'
Kirsten: 'Even andersom. Vwo naar universiteit en nu op mijn 27e begonnen aan een mbo-opleiding omdat ik met mijn handen wil werken. Laten we alsjeblieft de termen "hoog-" en "laagopgeleiden" loslaten. Mijn klasgenootjes voelen zich allemaal "dom" terwijl ik elke dag van ze leer.'
Verawati: 'Hier kan ik zo boos over worden. Als iemand de ambitie heeft verder te studeren, stimuleer dat dan! Waarom meteen iemand beperken in zijn mogelijkheden als die persoon wel die wensen heeft. Echt vreselijk gewoon… ik spreek uit ervaring en ik heb er gewoon niet naar geluisterd. Ook niet toen ik na mijn bachelor wilde stoppen en dat weer niet goed was. Echt mensen.'
Romy: 'Ooit een docent: "Zou jij niet gewoon kapper worden?" Wat een belediging voor het kappersvak. En ik kan niet eens recht knippen!'
Maira: 'Oh ja zo ken ik er ook eentje: Wiskunde B is niks voor jou, terwijl ik daarmee verder wilde. En wou graag architect worden. Maar ik was een vrouw dus bètavakken pasten niet.'
Carlo: 'Ik ben recentelijk met een nieuwe studie aan de universiteit begonnen nadat ik vmbo, mbo en hbo heb gedaan. Toch had ik van de week weer het gesprek met mijn moeder die zich toch weer afvroeg of het niet te hoog gegrepen was. Ik ben er een beetje klaar mee dat mensen je tegen proberen te houden je doelen te behalen en je naar beneden proberen te trekken.'
Scheefgroei: het vmbo, de havo en het vwo
Wat opvalt bij het vergelijken van het Nederlandse onderwijs met dat van onze buurlanden, is het verdelen van kinderen over het vmbo, de havo en het vwo, vertelt journalist Sander Heijne in Scheefgroei. In Nederland verdelen we kinderen al aan het einde van de basisschool, dus op 11- of 12-jarige leeftijd. Maar als we naar de top 10 best lezende landen kijken, dan zien we dat maar liefst negen van de tien toplanden hun kinderen langer bij elkaar houden dan wij. 'We bepalen hier dus al heel jong welk niveau een kind aan zou kunnen. En dat niveau bepaalt in grote mate hoe mensen naar een kind kijken. Zo wordt het vmbo geregeld afgedaan als het ‘afvoerputje’ van het onderwijs. Maar als je kijkt naar de werkelijke verschillen, blijkt dat vmbo'ers veel meer kunnen dan de meeste mensen denken en vwo'ers aanzienlijk minder', vertelt Sander. Daarnaast zien we zelfs dat sterke vmbo-leerlingen, als het gaat om de leesvaardigheid, helemaal niet onderdoen voor de gemiddelde vwo-scholier.'
Volgens Sander zou dat misschien niet zoveel uitmaken als deze twee groepen dezelfde kansen zouden hebben in het leven. Maar we zien in alle lijstjes dat vwo'ers later gemiddeld meer gaan verdienen, vaker een huis kunnen kopen, betere pensioenen zullen opbouwen en zelfs langer zullen blijven leven. ‘We moeten onszelf dan ook echt de vraag stellen of we de kansenongelijkheid in ons onderwijs niet actief aan het vergroten zijn door onze kinderen al zo jong te verdelen over het vmbo, de havo en het vwo’, aldus Sander.
In Scheefgroei vertellen drie mensen die een te laag schooladvies hebben gekregen over alle stappen die ze vervolgens hebben moeten ondernemen om te komen waar ze graag zélf willen en kunnen zijn. Lees hier hun verhalen:
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!