© De Wereld Draait Door
Afgelopen zondag werd de voetbalwedstrijd tussen Excelsior en Den Bosch in de 29e minuut gestaakt, nadat Excelsior-aanvaller Ahmad Mendes Moreira racistisch bejegend werd. Het was voor het eerst dat iets in deze orde van grootte rond de Nederlandse voetbalvelden gebeurde.
In De Wereld Draait Door spraken Dries Boussata, Cristian Willaert en Erik Dijkstra over racisme in het voetbal toen tafelheer Typhoon zich hardop afvroeg waarom men rascisme niet meer bij de naam durft te noemen.
‘Wat ik zo opmerkelijk en zo schrijnend vind is dat in Nederland, en ik weet niet of dat een typisch Nederlands probleem is, maar dat we er problemen mee hebben om racisme, racisme te noemen.’
We vragen het socioloog Jan Rath. Hij herkent de terughoudendheid in het benoemen van racisme ook. Volgens hem heeft dit verschijnsel verschillende oorzaken. Allereerst rust er een enorm taboe op racisme. ‘We vinden het moreel onwaardig. En we hebben ook een verkeerd beeld van wat racisme is. Wanneer wij denken aan racisme krijgen wij associaties met de Tweede Wereldoorlog of andere agressieve vormen van racisme. Maar die vorm heeft het meestal, gelukkig niet.’ Daarnaast hoeft een mens, volgens Rath, ook geen racistische gedachten te hebben om dat wel te zijn. Het kan terloops ontstaan of gebeuren.
Typhoon
© De Wereld Draait Door
Vrijheid van meningsuiting?
Mensen voelen zo’n enorme afkeer tegen racisme, het 'zijn van een racist' heeft zo’n nare bijsmaak in onze samenleving. Daarom proberen mensen er vaak, ook als het overduidelijk is, onderuit te komen. Een veelgehoorde manier om racisme te verbloemen is de vrijheid van meningsuiting die in Nederland geldt. ‘Het idee dat je alles moet kunnen zeggen leeft in Nederland heel sterk. Dat zie je bijvoorbeeld ook heel sterk op Facebook en Twitter, waar er helemaal geen rem meer op zit. Vrijheid van meningsuiting is een vrijbrief voor onbeschoftheid.' Volgens Rath heeft niet iedereen door dat er een verschil bestaat tussen juridische regels en morele regels. Oftewel, dat waar een rechter je voor kan veroordelen is niet gelijk aan wat er in het maatschappelijk verkeer acceptabel wordt geacht. 'Daar moet een bepaalde mate van beleefdheidsregels in acht worden genomen.'
Die vrijheid van meningsuiting gaat volgens Rath op voor een inhoudelijke, goed gefundeerde mening. ‘Je mag pro-Zwarte Piet zijn. Dan ben je niet direct een racist. Als je het maar goed kan onderbouwen. Een reden als ‘omdat het traditie is’ of ‘omdat we het al jaren zo doen’ is geen goed onderbouwd argument.’
'Blessing in disguise'
Hoewel incidenten als afgelopen zondag heel verdrietig zijn, zijn ze volgens Rath wel van groot belang in het groter geheel. Hij noemt het een ‘blessing in disguise’. Racisme in het voetbal is van alle tijden, maar een enkele wedstrijd van Excelsior tegen Den Bosch zet die discussie op scherp. ‘Je ziet een golf van verontwaardiging. Er wordt een duidelijke lijn getrokken. Het dwingt tot een standpunt. Dit zijn dé momenten die ervoor zorgen dat iedereen de regels van het spel leert.’ Hiermee doelt hij op de regels met betrekking tot de manier waarop wij met elkaar omgaan. Hoe wij ons verhouden tot elkaar.
Emancipatie
Racisme is van alle tijden. Daarom wordt vaak de vraag gesteld: waarom is iets nu ineens een probleem? Dat is volgens Rath een simpel voorbeeld van hoe emancipatie werkt. ‘Laten we de pietendiscussie als voorbeeld nemen. Surinaamse Nederlanders hebben dit een aantal jaren geleden aangekaart. Je kan je afvragen waarom ze dat niet eerder deden. De Surinamers die dit aankaartten zijn de tweede of derde generatie in ons land. Zij zijn in Nederland geboren en getogen en voelen zich volledig Nederlands, met een familiegeschiedenis die buiten de grenzen reikt. Zij accepteren dit soort racisme niet meer. Het duurt namelijk een tijdje voor je doorhebt dat je niet alles hoeft te accepteren en dat je dingen kan afdwingen. Het is een vorm van participatie. Volledig meedoen.’
'Roetveegpiet'
© Flickr
'Maar deze vorm van emancipatie is ook voer voor radicalen om nog radicaler te worden', zegt Rath. Dit leidt tot polarisatie. Toch denk hij niet dat Nederland in zijn algemeenheid racistischer is dan vroeger. Wel zijn de Nederlanders met weinig sympathie voor de multiculturele samenleving extremer geworden. ‘Racisme is moeilijk te meten, maar wat wel opvalt is dat het racistisch geweld groter wordt. Dit wordt aangewakkerd door politici die zich uitspreken tegen etnische minderheden.’
Radicale voorhoede
Toch gaat het niet alleen maar slecht. Er wordt volgens Rath te veel gefocust op deze problemen. ‘Amsterdam is bijvoorbeeld een hele diverse stad waar de acceptatie heel groot is. Dat is een heel ander soort Nederland dan je hier ziet. Je moet niet doorslaan.’ Daarbij moeten we niet vergeten dat in een discussie de voorhoede van de emancipatiebeweging altijd radicaler is dan de groep die zich daarachter schaart. ‘Maar zij maken de weg vrij voor de rest. Als je alleen naar de voorhoede kijkt zie je meer extreme vormen en uitingen.’
‘We moeten hier even doorheen’, concludeert Rath. Maar volgens hem zou het allemaal een stuk soepeler kunnen verlopen als politici zich duidelijker uitspreken tegen iedere vorm van overschrijdend racistisch gedrag. ‘Nu reageren ze alleen sporadisch op incidenten. Dat wekt woede op bij veel mensen.’
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!