Een eerlijk gelijkwaardig Nederland. Wij zijn voor. Jij ook?

Waarom is vrijheid ons grootste goed volgens Sinan Can?

  •  
05-01-2021
  •  
leestijd 5 minuten
  •  
954 keer bekeken
  •  
Sinan Can in Saoedi-Arabië

Sinan Can in Saoedi-Arabië

Vrijheid.  Terwijl het in theorie heel simpel klinkt, gaat het in de praktijk helaas niet altijd goed. Wat treffen we aan als we met documentairemaker Sinan Can op zoek gaan naar de betekenis van vrijheid

 Sinan Can werd in 2016 uitgeroepen tot ‘Journalist voor de Vrede’. Vrede, en het ontbreken daarvan, lijkt centraal te staan in het werk waar hij deze prijs voor wint: de documentaireseries De Arabische Storm, over de Arabische revolutie, en Bloedbroeders, over de Armeense Genocide. 
Vrijheid. Hoe vanzelfsprekend is dat voor jou? 
‘Vrijheid betekent eigenlijk alles voor mij. Het is een soort zuurstof dat het lichaam nodig heeft. Als je je hele leven lang vrijheid hebt gekend, is het heel vanzelfsprekend. Dat het niet vanzelfsprekend is, leer je pas als je in landen komt waar mensen niet vrij leven; waar mensen fluisterend met elkaar praten; waar mensen in grote angst leven; waar mensen een mening hebben maar die niet mogen uiten. Waar ze dingen zoals hun creativiteit of hun geaardheid niet kunnen uiten. Als je lang door die landen reist, ga je je eigen vrijheid nog meer waarderen.’

Je zou zelfs hebben gezegd: ‘Je begrijpt pas wat vrijheid is als je in onvrijheid hebt geleefd.’
‘Ik realiseer me dat we ons gelukkig kunnen prijzen dat we in vrijheid kunnen leven. Dat we een mening kunnen hebben en onszelf kunnen zijn, zonder daarvoor opgepakt te worden. Vrijheid is ook waardigheid, maar kan ook zorgen voor ontwikkeling als mens. Vrijheid is ook jezelf kunnen zijn. Naast gezondheid, is vrijheid ons grootste goed. Je kunt je afvragen of een mens gelukkig kan zijn zonder vrijheid. Ik ging het nog meer waarderen door mijn reizen naar dictatoriale landen.’

Waar ging je eerste reis naartoe? Waar realiseerde je je dit voor het allereerst?
‘Naar Irak. Kirkuk. Daar heerste een andere vorm van angst: angst voor aanslagen. Daarna ben ik ook naar landen als Syrië, Libië, Saoedi-Arabië, Afghanistan en Egypte geweest.

Daar viel me iets op. Los van dat mensen lijden onder onvrijheid, merk je dat vrouwen nóg meer lijden. Vrouwen strijden voor hun vrijheid en brengen grote offers voor gelijkwaardigheid. Vrouwen willen het meest waardevolle wat ze hebben, hun leven, opgeven om ervoor te zorgen dat de generatie na hen in vrijheid kan leven. Dat zegt iets over hoe belangrijk vrijheid is. Veel vrouwelijke activisten hopen dat, als ze het zelf niet meemaken doordat ze opgesloten zitten, hun kleinkinderen die verandering wel meemaken, en dat raakt me erg.'


De 3-delige serie De Arabische Storm. Wat begon als een veelbelovende beweging richting openheid, vrijheid en democratie eindigde in een uitzichtloze en gewelddadige strijd tussen al dan niet extremistische groepen. Journalist Sinan Can en regisseur/eindredacteur Thomas Blom maken een rondreis door conflictgebieden: Syrië, Libië, Libanon, Egypte, Tunesië en Irak.


Je bent acht keer in Syrië geweest. Van het regime van Assad tot de Koerden en het Vrije Syrische Leger. Hechten zij andere waarden aan vrijheid dan wij in Nederland? 
‘Wij hebben een vertekend beeld van vrijheid; we hebben al in zeventig jaar geen oorlog meegemaakt. Ik kende oorlog, los van de verhalen van huis uit, alleen maar van films, romans en één-minuut-items op het journaal. Als je door oorlogsgebieden reist en de puinhopen van oorlog ziet, dan zie je dus ook hoe mensen echt snakken naar vrijheid. Op een manier dat ze daar alles voor willen geven. We hebben eens hard gevochten voor onze vrijheid, maar dat ligt zo ver achter ons.'

Heb jij je eigenlijk weleens onvrij gevoeld in Nederland?
‘Nee, niet echt. Af en toe moet ik oppassen als ik te maken heb met mensen die geen respect hebben voor vrije nieuwsgaring. Wat is kwetsen en wat is vrijheid van meningsuiting? Op dit moment wordt die discussie gevoerd in Nederland en dat is goed. Laten we vooral met elkaar in discussie gaan en er geen taboe omheen creëren. Dat is er namelijk soms in Nederland.

Waar ik wel mee te maken heb gehad, is agressie. In 2015 maakte ik met Ara Halici de docuserie ‘Bloedbroeders’  over de Armeense Genocide. Dat werd mij niet in dank afgenomen door de Turks-Nederlandse gemeenschap. Een voorbeeld hiervan is mijn gastles over de Eerste Wereldoorlog en de Armeense Genocide op een middelbare school. Ik wou de scholieren meegeven dat ze zelf op onderzoek uit moesten gaan. We leven immers in een digitaal tijdperk; met één tik kun je in allerlei archieven komen. Ik was nog niet tien minuten weg en die school werd half bestormd door boze ouders. Terwijl ik zelf altijd opensta voor discussie.’

Bloedbroeders. Documentaireserie waarin de Armeens-Nederlandse musicalacteur Ara Halici en de Turks-Nederlandse journalist Sinan Can samen door Turkije en Armenië reizen, op zoek naar de waarheid over de Armeense Genocide door de Turken honderd jaar geleden.
Hoe ga je daarmee om?
‘School moet een vrijplaats zijn om dit soort dingen te bespreken. Ik heb kinderen alleen maar gevraagd onderzoek te doen. Als er geen ruimte is voor discussie en debat, dan wordt met elkaar in gesprek gaan heel lastig.

Met dit soort acties creëer je een taboe om onderwerpen heen. Je beperkt andermans vrijheid: die van mij, maar ook van zo’n school. Die durft niet zo snel meer over onderwerpen als de Holocaust, spotprenten, abortus en homoseksualiteit te praten. Zo maak je het onbespreekbaar. Welk spotprent is zo heilig dat deze heiliger is dan een mensenleven?’

Toch weerhoudt het je niet: je blijft soortgelijke documentaires maken.
‘We leven in een vrij land. Ik kan gewoon een docuserie maken over de Armeense Genocide, los van het feit dat het niet door iedereen goed ontvangen wordt. Ik heb me nooit beknopt gevoeld in mijn vrijheid. Ik laat me niet weerhouden door angst. Maar ik ben ook maar een mens. Wanneer mensen me op straat zien, zeggen ze: "Je bent eigenlijk best wel aardig." Je kunt altijd de discussie aangaan, als je zelf onderzoek doet.’

Is toegang hebben tot informatie ook een vorm van vrijheid?
‘Informatie is ook een mensenrecht. Informatie moet toegankelijk zijn voor iedereen. Zo krijg je de kans om een mening te vormen. Een ander gevaar is fake news; denk aan complottheorieën. Het is dan zaak om de juiste informatie eruit te halen. Maar vroeger had je ook propaganda. Wat nu niet meer, makkelijk, zou lukken is het vernietigen van informatie.’

Op 4 mei zeggen we altijd: "Dit nooit meer." Maar hoe staat het ervoor?
‘We zijn 75 jaar verder en hoe vaak zagen we het opnieuw gebeuren? Denk bijvoorbeeld aan: Rwanda, Srebrenica, Cambodja en wat er met de jezidi’s is gebeurd. In essentie hetzelfde: de vernietiging van mensen en menselijkheid.

De mens is bruut en dat heeft zich door de eeuwen heen op allerlei manieren gemanifesteerd. Nadat ik Bloedbroeders maakte, ging ik naar IS-gebied. Daar kreeg ik flashbacks; alles waar ik over had gelezen, zag ik in de praktijk gebeuren. Denk aan vrouwelijke seksslavinnen, geroofde kinderen, steden die geplunderd waren, etc. Ik weet nog dat ik dacht: het is zo’n enge parallel - in een andere tijd, met andere wapens, met andere mensen, maar zoveel gelijkenissen. Daar schrik je van; dat is wat ik net had bestudeerd en nog geen jaar later sta ik ernaast.

Op dat punt raken we niet geciviliseerd: we kunnen naar de maan en in een onderzeeboot, maar dat conflict en oorlog voeren... dat blijft.’


Wij zijn voor verhalen die nieuwe perspectieven bieden.  Jij ook?  Sluit je bij ons aan!
Delen:

Praat mee

Onze spelregels.

0/1500 Tekens
Bedankt voor je reactie! De redactie controleert of je bericht voldoet aan de spelregels. Het kan even duren voordat het zichtbaar is.