Feminisme is niet universeel: de beweging is niet overal hetzelfde. Daarom onderzoekt De Nieuws BV feminisme over de hele wereld. Vandaag is China aan de beurt.‘Thema’s als feminisme en genderstudies kun je niet allemaal als een taartvormpje op ieder land zetten. Je moet heel goed kijken wat de culturele, maatschappelijke en historische achtergrond van een land is en past onze theorie daar dan wel op? Dan moet je concluderen dat westers feminisme niet een-op-een toe te passen is op China’, aldus sinoloog Manya Koetse. ‘Respecteer dat ook, dat dat niet per se slechter of beter is dan die van ons, maar gewoon heel anders.’
Eerste golf: onderwijs
Ongeveer gelijktijdig met de eerste feministische golf in Nederland vindt er een eerste golf plaats in China. ‘Eind negentiende eeuw, begin twintigste eeuw, had je ook mensen als Aletta Jacobs in China’, vertelt Koetse bij
De Nieuws BV.
Vrouwen maken zich destijds hard voor onderwijs voor vrouwen en het betrekken van vrouwen in het publieke leven.
Tweede golf: volledige gelijkheid
De tweede feministische golf in China vindt plaats tijdens het begin van de Volksrepubliek China onder Mao (jaren 50, 60 en 70). ‘Hij was degene die zei: "Vrouwen dragen de helft van de hemel." Mannen en vrouwen moeten compleet gelijk aan elkaar zijn. Dat was natuurlijk de enige manier waarop ze die communistische volksrepubliek konden starten’, legt Koetse uit.
Maar hoe gelijkwaardig en feministisch dat ook klinkt, toch ontstaat er – kort na de dood van Mao – discussie over deze denkwijze. ‘Mao had het over ijzeren vrouwen: vrouwen op de tractor, de eerste vrouwelijke machinist. (…) iedereen droeg dezelfde kleding, dus er was helemaal geen ruimte voor de verschillen tussen mannen en vrouwen.’ Feministen zoals Li Xiaojiang (professor vrouwenstudies in China, geboren in 1951) twijfelen aan de eerlijkheid van dit uitgangspunt. ‘Wat zij zei was: “Vrouwen waren niet zozeer gelijk aan mannen, maar er werd van ze verwacht dat zij ook een beetje man werden.” Maar daarbij waren ze thuis ook nog steeds gewoon vrouw: ze kregen kinderen, ze deden heel veel huistaken.’ Chinese vrouwen zijn destijds eigenlijk dubbel belast. ‘Een echt geëmancipeerde vrouw mag volledig vrouw zijn’, volgens Li.
Volledig in strijd met het westerse feminisme in de jaren 70 groeit er, volgens Koetse, in China juist een enorme behoefte onder vrouwen om weer huisvrouw te worden.