Voor miljoenen Nederlanders is het gebruik van medicijnen dagelijkse routine. Maar hoor jij tussentijds nog wat van je arts of apotheker? Nee, zegt één op de zes patiënten. Die nemen al een jaar of langer trouw hun medicatie zonder dat er nog overleg over is. Geen goede zaak, waarschuwt de Patiëntenfederatie. De gezondheid van met name oudere patiënten is in het geding. Welke rol kunnen arts en apotheek spelen om de controle op medicijngebruik te verbeteren? En waar moet je als patiënt zelf alert op zijn?
Eén op de zes permanente medicijngebruikers in Nederland heeft nauwelijks tot geen contact met een zorgverlener over hun medicijngebruik, kwam recent uit een enquête van Patiëntenfederatie Nederland naar voren.
Hoe is de praktijk? “Artsen worden pas actief als patiënten zich melden”, stelt Dianda Veldman, directeur-bestuurder van Patiëntenfederatie Nederland. “Terwijl contact met de patiënt over medicijngebruik moet worden georganiseerd. Dat is iets waar je mensen voor moet oproepen. Dat zien we op te weinig plekken gebeuren.”
Er moet structureel aandacht komen voor het medicijngebruik van met name de zwaardere gebruikers, vindt de directeur van de Patiëntenfederatie. “Daar zijn heldere regels voor nodig. Regelmatig moet even tegen het licht worden gehouden: welke medicijnen gebruikt iemand eigenlijk?”
Dat met name ouderen in aanmerking komen voor een nader gesprek over medicijngebruik spreekt vanzelf vindt Veldman. “Dat zijn sowieso de grootgebruikers van de zorg. Ze gebruiken soms jaren en jaren medicijnen. Tussendoor wordt er wat extra’s voorgeschreven en dan stapelt het medicijngebruik zich op.” Want het voorschrijven gebeurt volgens Veldman vaak op basis van één aandoening. “Als mensen meerdere aandoeningen hebben, kunnen verschillende medicijnen op elkaar inwerken. De gezondheid van de patiënt kan dan in het geding komen”, waarschuwt zij.
De Patiëntenfederatie pleit daarom voor de introductie van een “medicijn-apk.” Net zoals auto’s regelmatig voor de algemene periodieke keuring (apk) naar de garage worden geroepen, moet er ook voor iedereen die langdurig medicijnen gebruikt een controlegesprek komen. Volgens Veldman kan zo’n controlemoment heel praktisch worden georganiseerd. “De assistentie van een arts kan daarvoor een afspraak maken met de patiënt.”
“Waar heeft iemand nog last van? Wat gebruikt die persoon aan medicijnen en hoe vaak?” Dat zijn dan de vragen die centraal staan tijdens het apk-gesprek. “Zeker voor de groep ouderen die veel gebruikt, is dit belangrijk. Voor een jonkie die misschien één medicijn slikt, is monitoring ook belangrijk, maar daar is een jaarlijkse apk niet voor nodig.”
Een apotheker vervult in de ogen van Veldman ook een belangrijke rol als toezichthouder op de medicijninname. “Die kan iets signaleren en bij de huisarts aan de bel trekken. Bijvoorbeeld als een patiënt meerdere medicijnen moet gebruiken die niet goed samengaan. Of als hij of zij de indruk heeft dat de dosering niet past bij een patiënt.”
Digitale middelen kunnen de apotheek erbij helpen. “Je kunt mensen eens in de zoveel tijd een vragenlijst sturen over hun medicijngebruik. Mensen bij wie er urgentie is om in te grijpen, kun je er dan tussenuit halen.”
Volgens Dianda Veldman kunnen mensen die nu met vragen zitten over hun medicijngebruik een aantal stappen zetten.
Wil je als patiënt meer weten over het middel dat je gebruikt? Dan kun je volgens Veldman op diverse plekken terecht. “Als je denkt, wat slik ik eigenlijk? Dan kun je kijken op Apotheek.nl. Daar vind je informatie over medicijnen, bijvoorbeeld ook de bijwerkingen. Een andere site om informatie over geneesmiddelen in te winnen is die van Bijwerkingencentrum Lareb.”
Bij vragen over je geneesmiddelen kun je ook de apotheek kiezen als aanspreekpunt, raadt Veldman aan. “Je kunt je lijst met medicijnen na laten lopen en vragen: is er reden om met mijn huisarts in gesprek te gaan?“
Heb je twijfels over de medicatie die je gebruikt? Dan kun je zelf een afspraak maken met de huisarts of specialist. “Je neemt contact op met het verzoek: kunnen we hier eens over praten? Zeker als je middelen al lang gebruikt en er vragen over hebt. Slik ik nog de goede dosering? Is er een alternatief beschikbaar? Kan ik misschien stoppen?”
Vindt er dan uiteindelijk een gesprek plaats, dan raadt Veldman patiënten aan zich daar goed op voor te bereiden. “De dokter of apotheker weet niet altijd alles van een patiënt. Die kan zelfzorgmiddelen gebruiken bijvoorbeeld, naast de voorgeschreven medicijnen. Stel een lijstje op met wat je gebruikt en neem dat mee naar zo’n gesprek. Niemand weet zo goed wat je slikt als jijzelf.”
Naasten kunnen ook het initiatief voor een gesprek over medicatie nemen, zegt Veldman. Bijvoorbeeld voor mensen die in een zorgcentrum of verpleeghuis wonen, of ouderen die nog thuis wonen maar zichzelf minder goed redden. “Ga dan eens na voor je vader of moeder of tante wat die allemaal slikt en kijk of er aanleiding is voor een nader gesprek met een apotheek, huisarts of specialist.”
Naar aanleiding van het onderzoek onder medicijngebruikers door de Patiëntenvereniging, heeft Kassa het Nederlands Huisartsen Genootschap om een reactie gevraagd.
“Wanneer patiënten langdurig medicijnen gebruiken, is het belangrijk dat zij hierover contact hebben met een zorgverlener, bijvoorbeeld een arts of apotheker”, stelt de woordvoerder van het NHG. “In veel gevallen is dat contact er; ook uit het onderzoek van de Patiëntenfederatie Nederland blijkt dat die gesprekken in ruim 80 procent van de gevallen worden gevoerd. Bijvoorbeeld bij patiënten die regelmatig in beeld zijn, doordat er regelmatig bloeddrukcontroles plaatsvinden.”
“Voor elk geneesmiddel wordt periodiek naar het gebruik gekeken en zijn er afspraken over het herhalen van medicatie. Bij chronische ziektes zijn controle-afspraken in de ziekte-specifieke richtlijn verwerkt, zoals in de NHG-standaard ADHD en COPD. Van daaruit wordt medicatiegebruik altijd besproken.”
“Voor ouderen boven 70 jaar staat in de multidisciplinaire richtlijn Polyfarmacie bij ouderen | NHG-Richtlijnen beschreven wanneer ouderen in aanmerking komen voor een uitgebreide medicatiebeoordeling.”
“Voor patiënten met wijkverpleging die chronisch medicatie gebruiken, hebben huisartsen, apothekers en wijkverpleging een Landelijke Eerstelijns Samenwerkingsafspraak (LESA) gemaakt. In dit document staan handreikingen voor afspraken voor de organisatie van zorg rondom medicatiegebruik voor patiënten met wijkverpleging. Met deze handreikingen kan binnen de eigen lokale praktijksituatie verder invulling worden gegeven aan de praktische uitwerking van de Veilige Principes in de Medicatieketen. De LESA bevat een hoofdstuk ‘herhalen van chronische medicatie.’”
“Om het proces van herhaalrecepten voorschrijven in goede banen te leiden, is het raadzaam daarvoor een protocol op te stellen. Het NHG heeft hiervoor een Voorbeeldprotocol Veilig voorschrijven van herhaalrecepten opgesteld.”
“In de NHG- en multidisciplinaire richtlijnen is contact over langdurig medicijngebruik geborgd. De patiënt kan desgewenst altijd tussendoor bij de voorschrijver (zoals huisarts, apotheker of medisch specialist) aangeven zijn/haar medicatie te willen bespreken.”
Naar aanleiding van het onderzoek onder medicijngebruikers door de Patiëntenvereniging, heeft Kassa ook de apothekersorganisatie KNMP om een reactie gevraagd. Dat 16 procent van de langdurige medicijngebruikers aangeeft geen of nauwelijks overleg te hebben met hun zorgverlener, noemt de apothekersorganisatie “geen opmerkelijk percentage.”
“Er zijn tal van situaties waarin een patiënt een middel voor langere tijd krijgt voorgeschreven, maar dat er absoluut geen noodzaak is om tussentijds hier overleg over te voeren”, zegt de KNMP-woordvoerder. “Bij grofweg vijf van de zes patiënten is dat contact ongetwijfeld wel nuttig en dat gebeurt ook.”
Moet er een medicijn-APK komen, zoals de Patiëntenfederatie bepleit? “Dit is een oud idee. Het is niet nodig om iedereen die meer dan een jaar medicijnen gebruikt hiervoor uit te nodigen”, laat de KNMP weten. “Een medicatiebeoordeling voor patiënten van 75-plus die vijf of meer geneesmiddelen gebruiken, is noodzakelijk. Ook in andere gevallen, bij jongere, maar kwetsbare patiënten, kan het noodzakelijk zijn een medicatiebeoordeling te doen”, zegt de KNMP-woordvoerder.
Thema's:
Meld je snel en gratis aan voor de Kassa nieuwsbrief!