Het buitenproportionele politiegeweld, met dodelijke afloop, tegen de zwarte Amerikaan George Floyd was de druppel; wereldwijd spreken mensen zich uit tegen de systematische discriminatie van mensen met een niet-witte huidskleur. Helaas staat de dood van Floyd niet op zichzelf in Amerika. Een half jaar geleden gingen Eva Cleven en Tim Hofman voor Trippers naar de VS waar ze geconfronteerd werden met deze hardnekkige disbalans.
‘Ik heb me nog nooit zo zwart gevoeld’, zegt Eva Cleven, terwijl ze door de Amerikaanse stad Dayton loopt. Ze is bij een protest vóór diversiteit, op de dag dat de Black Lives Matter-beweging in de stad officieel wordt opgericht. De dag zou een viering moeten zijn van onderlinge verschillen – ook de LHBTI-beweging is aangesloten. Maar het is ook de dag waarop de White Power-aanhangers protesteren in Dayton. Achter een hek, achter politieagenten. Alles om te voorkomen dat die twee groepen te dicht bij elkaar komen. ‘Dat dit nog nodig is in 2019. Dat je je moet laten horen tegen racisme’, zegt Cleven.
Stress
Nou heeft de Black Lives Matter-beweging ook nog een strijd te strijden in Amerika. Voor een ongewapende zwarte man is de kans om doodgeschoten te worden door een politieman zeven keer groter dan voor een ongewapende blanke man. ‘Ik ben zo bang dat mijn zoon iets overkomt, we hebben er stress van in huis’, zegt moeder Joelle, die zich bij de beweging heeft aangesloten. ‘Zodra hij de voordeur uitstapt, kan ik niet slapen. Totdat hij weer terug is. Als hij in de auto stapt om naar de supermarkt te gaan, vertel ik welke buurt hij moet mijden, omdat daar een bepaalde agent rondloopt. Hij is 24, ik moet hem loslaten, dat begrijp ik wel. Maar ik ken zoveel Afro-Amerikaanse vrouwen die hun kinderen loslieten, en nu moeder zijn van een kind dat is overleden. En soms kun je het onvermijdbare niet voorkomen. Maar we moeten het wel proberen.’
Eva spreekt Trey Hope, een jonge computerspecialist. Hij groeide als zwarte Amerikaan op in een goede wijk, en hij heeft een hoge opleiding afgerond. Evengoed merkt hij dat zijn leven anders is dan die van witte leeftijdsgenoten. Hij vertelt over 'het gesprek', een gegeven waar zwarte Amerikanen mee te maken krijgen als ze jong zijn. En dat is geen gesprek over de bloemetjes en de bijtjes. ‘Het komt erop neer dat je weet dat je niet als hen bent. Dat je weet: wij moeten de regels opvolgen die zij opstellen, zij zijn superieur. Beweeg je voorzichtig richting de samenleving; ik mag als zwarte man niet te enthousiast in de openbaarheid treden. Of bepaalde bewegingen maken, of bepaalde dingen bij me dragen. Dat zou spanning veroorzaken. Een witte man kan dat allemaal wel, dat heeft geen enkel gevolg.’ Brie Hope, ook hoger opgeleid: ‘Amerika zou geen racisme meer moeten kennen. We hebben toch een zwarte president gekregen, dan is alles toch goed? En zo gebeurt alles nu onder de radar. Maar wel systematisch. Mensen zeggen dat ze geen racist zijn. Maar we hebben wel te maken met een systeem dat racistisch is. Dan hebben we het over het onderwijssysteem, de gevangenissen, werk: al die systemen ervaren wij anders dan witte mensen. Alleen maar omdat we zwart zijn.’
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!