Homoseksuele mannen mogen nu ook bloedplasma doneren, volgens bloedbank Sanquin. Daarmee trekt de bloedbank de voorwaarden voor het doneren van plasma gelijk aan die voor het geven van bloed. Bloedbanken hebben bloed nodig van uiteenlopende bloeddonoren, maar mannen die seks met mannen hebben, mogen vier maanden niet doneren. Hoe zit dat?
De Nederlandse organisatie Sanquin
die bloeddonatie regelt is blijvend op zoek naar bloeddonoren. Er is namelijk veel vraag naar bloed, maar we worden steeds minder bereid zelf bloed te doneren, blijkt in Make Holland Great Again.
En toch worden mensen die wél bereid zijn om bloed te doneren geweigerd op basis van hun bedpartners. Het gaat in dit geval om mannen die seks hebben met mannen. Zij mogen alleen bloed geven als ze vier maanden geen seks hebben gehad met een andere man.
Kortgeleden is daar de donatie van bloedplasma aan toegevoegd. Dat was eerder voor deze groep helemaal niet mogelijk om te doneren. Nu mag ook deze groep bloedplasma doneren, mits zij vier maanden geen seks hebben gehad met een andere man, aldus Kassa.
Uitgesloten
Yaïr da Costa (biseksueel die ook seks heeft met andere mannen) wil graag bloed doneren, maar dat kan alleen onder de voorwaarde dat hij vier maanden lang geen seks heeft met een andere man. ‘Maar ik ben een gezonde jongeman, ik wil graag gewoon mezelf kunnen zijn. Ik mag helaas geen bloed doneren.’
Bij voorbaat uitgesloten van deelname, ongeacht het feit of hij in een monogame relatie met een man zat of niet. En of hij veilige seks had of niet. ‘Ik wil dolgraag andere mensen helpen door mijn bloed te geven. Als je bijvoorbeeld een monogame relatie hebt met twee mannen, mag je geen bloed geven. Maar een hetero-echtpaar dat allerlei dingen doet, mag dat wel. Dat vind ik een béétje krom.’
Discriminatie Ondanks de recente mogelijkheid om bloedplasma te doneren vinden homoseksuele mannen dat ze nog steeds gediscrimineerd worden door het donatiebeleid van de bloedbank, zo laat Kassaweten. Gepensioneerd huisarts Roel Metz noemt het een 'verbetering van niks'. Volgens hem is er hier sprake van discriminatie: 'het is het anders behandelen van homo's dan hetero's. Aan hetero's wordt niet gevraagd hoe de seksuele activiteiten zijn en wordt er geen beperking opgelegd van vier maanden geen seks voor je bloed mag doneren. Als ze dat zouden doen dan daalt het aantal donoren naar nul, denk ik.'
Volgens Marloes Metaal, medewerker van Sanquin, komen bloedoverdraagbare ziektes, zoals HIV, veel vaker voor onder mannen die seks hebben met mannen. Deze ziektes zijn pas na vier maanden goed zichbtbaar in het bloed. De bloedbank neemt daarom liever het zekere voor het onzekere in de hoop op veilig bloed.
Vergezocht En daar zijn alle homoseksuele mannen de dupe van. Ook homoseksuele mannen in een langdurige monogame relatie, zoals Metz. 'Dan is er geen enkel gevaar dat het bloed besmet is', aldus Metz. 'En toch wordt er gedacht: als je partner vreemdgaat dan is de kans dat hij met iemand vreemdgaat die wel gevaarlijk is heel groot, dus dan ben je een gevaar.' Dat is wel erg vergezocht, volgens Metz, en bovendien wordt die vraag niet aan heteroseksuele gesteld.
Willemijn Veenhoven spreekt Merlijn van Hasselt en Yaïr da Costa (De Nieuws BV)
Risicogedrag
‘Sanquin kijkt naar gedrag dat een verhoogd risico geeft op bloedoverdraagbare infecties’, aldus Van Hasselt. ‘Daarbij kijken we in de breedte: ook naar mensen die naar verre landen reizen, of mensen met ander risicogedrag. Ongeacht je geaardheid.’ Van Hasselt haalt de wetenschappelijke onderzoeken erbij om te achterhalen welke risico’s bij welke doelgroepen leven. ‘Het gaat dan ook over leeftijd. We kijken op de eerste plaats naar de gezondheid van de patiënt, daarna die van de donor. Op basis daarvan worden de beslissingen genomen.’
Waarom dan wel dat heterostel dat buiten de deur eet, maar niet dat monogame homostel? ‘Het lijkt erop dat bij die eerste groep het risico hoger ligt. Maar kijk naar de cijfers: dat is gewoon níet zo.’ Hij geeft HIV als voorbeeld. ‘Dat komt onder hetero’s bij 1 op de 60.000 personen voor. Bij mannen die seks hebben met mannen is dat 1 op de 600. Ook de volkomen promiscue heteroman of -vrouw krijgt een batterij vragen van de bloedbank, om te kijken of daar een verhoogd risico is op een bloedoverdraagbare infectie.’
Piercings
Scheert de bloedbank dan niet alle homo’s over één kam? Je kunt toch iedereen vooraf apart bevragen naar hun risicogedrag? Van Hasselt: ‘We stellen vragen over reisgedrag, tatoëergedrag, piercings. Allemaal dingen die een risico bij zich dragen. Bij seksueel gedrag kijken we naar de grootste risico’s. Daarop krijg je een vraag, en als je daar positief op antwoordt, dan sluiten we je voor een tijdje uit.’
Je kunt de vragenlijst eindeloos uitbreiden, maar je moet wel even uitkijken met hoe ver je gaat met je vragen, vindt Van Hasselt. ‘De vragen die we stellen, worden al als intimiderend en diepgaand gezien. Wij stellen nu algemene vragen. Precieze vragen duren ontzettend lang en je weet nog steeds niet of je de goede antwoorden krijgt. Wat is veilig vrijen? Waar heb je het condoom bewaard? Wanneer heb je ‘m omgedaan, wanneer afgedaan – ik krijg al rode wangen nu. Dat zijn vervelende vragen.’
Bloedtest
Na de vragenronde volgt er een bloedtest. Eerder zat Sanquin-persvoorlichter Robert Heckert bij
De Gids.fm
(de voorloper van
De Nieuws BV
) om te vertellen waarom mannen die seks hebben met mannen niet welkom zijn als bloeddonor. Ook niet na een bloedtest. ‘Je kunt het bloed testen, dat gebeurt ook en daarmee kun je een hoop tegenhouden. Maar als iemand een infectie oploopt, is dat niet direct in het bloed aantoonbaar. Je haalt het er in een test niet ogenblikkelijk uit. En dat betekent: als iemand vandaag een besmetting oploopt en morgen bloed geeft, kunnen we dat er niet met een test uithalen. Dat kan anderhalf tot een paar maanden duren.’
Uit: De gids.fm (2011)
‘We maken een indirect onderscheid, dat klopt, maar in het belang van de veiligheid van de patiënt moeten we daarmee doorgaan totdat de techniek verbeterd is’, aldus Van Hasselt. Da Costa: ‘Het is misschien een leuk experiment om hierover eens een rechtszaak te voeren. Ik ga dat zelf niet doen, maar laten we eens kijken hoe dit zich verhoudt tot de grondwet.’
In landen om ons heen ziet dat donatiebeleid er anders uit. In ons omringende landen België, Duitsland, Frankrijk, Engeland, Denemarken en Noorwegen is het al langer mogelijk voor homoseksuele mannen om bloed(-plasma) te doneren. En in Spanje en Italië wordt zelfs de vier maanden termijn niet gehanteerd. Daar geldt alleen een verbod van vier maanden voor mensen die in de afgelopen tijd onveilig seks of seks met meerdere personen hebben gehad. En zelfs in de Verenigde Staten werd eerder dit jaar het beleid aangepast: daar mogen homo's nu bloed en plasma doneren na drie maanden geen seks.