Yosef Tekeste-Yemane
© Op1
Ruim een maand geleden schuift de 29-jarige Yosef Tekeste-Yemane aan bij Op1 om te praten over zijn situatie. Sindsdien is hij voor het grote publiek het gezicht van het ‘kapotte’ generaal pardon.
In Nederland zijn er elfduizend mensen, waaronder Yosef, die wél recht hebben op een verblijfsvergunning maar níet op een paspoort. Wat in de praktijk betekent dat zij een heleboel dingen níet kunnen die andere mensen wél kunnen. Zoals stemmen bijvoorbeeld. Of een hypotheek aanvragen, reizen en ook bepaalde beroepen mogen ze niet uitoefenen. ‘Wij zijn letterlijk tweederangsburgers’, aldus Yosef.
Hoe zit dat precies?
In 2007 kregen zo’n 27.000 mensen via het zogenaamde ‘generaal pardon’ een verblijfsvergunning. Het ging hier om mensen die al lange tijd in Nederland wonen of kinderen die het geboorteland, of dat van hun ouders, amper kennen. Met die verblijfsvergunning konden zij in Nederland blijven en zouden ze het land niet uit worden gezet. Enige tijd later zouden ze dan in aanmerking komen voor een Nederlands paspoort.
'Bureaucratische drempel'
Maar voor een deel van hen pakt dit een stuk minder mooi uit dan op voorhand gedacht. Zo’n elfduizend mensen blijken namelijk helemaal niet in staat een paspoort aan te kunnen vragen, door een wetswijziging in 2009. ‘Een bureaucratische drempel’, volgens SP-Kamerlid Jasper van Dijk. Voor deze aanvraag zijn namelijk documenten uit het land van herkomst nodig. In veel gevallen zijn de mensen waarom het hier gaat helemaal niet in het bezit van deze documenten, wat het onmogelijk maakt in Nederland een paspoort aan te vragen. ‘Als vluchteling, als tweejarige jongen, heb je gewoon niks. Je vlucht voor je leven, je denkt niet aan dat soort dingen’, vertelt Yosef in Op1. Om deze reden vallen zo’n elfduizend mensen al veertien jaar tussen wal en schip.
Motie & onderzoek
Ondertussen zijn we een maand verder en is er veel gebeurd, maar weinig veranderd. Van Dijk en collega-Kamerlid Madeleine van Toorenburg (CDA) hebben een motie ingediend bij de Tweede Kamer, om de elfduizend mensen alsnog de mogelijkheid te geven een Nederlands paspoort te krijgen. Deze wordt aangenomen, tot grote opluchting van Yosef. Maar daarmee is het nog niet geregeld. Staatssecretaris Ankie Broekers-Knol raadt de motie even later af en zegt opnieuw onderzoek te willen instellen. Ze heeft het Wetenschappelijk Onderzoek- en Documentatiecentrum (WODC) gevraagd de bestaande onderzoeken nog eens op een rij te zetten. Vervolgens moet de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) aanwijzen welke mensen, om welke redenen, welke problemen ervaren. Voor de zomer is de beoogde deadline.
Politieke onwil
‘Frustrerend. Het is echt ongelofelijk. Ik dacht dat het een kwestie van tijd zou zijn tot het geregeld is. Maar dat er opnieuw onderzoek ingesteld zou worden had ik nooit verwacht’, aldus Yosef. ‘Dit is politieke onwil. Ik heb het idee dat het bij de VVD acceptabel is dat wij tweederangsburger zijn, dat wij minder zijn dan een ander. Dat dit kan in Nederland vind ik best wel erg. Hoe kan dit in een samenleving als Nederland waar we het altijd hebben over gelijke rechten?’, vraagt Yosef zich af.
Stilzwijgend
Het is, volgens Yosef, al tien jaar heel duidelijk wat hier aan de hand is, maar niemand wist ervan. ‘Mijn vrienden wisten van niks, mijn collega’s wisten van niks, de normale burger wist van niks.’ Er werd namelijk amper over gesproken, tot Yosef dat deed. ‘Het is niet de rol waarvan ik dacht dat ik hem ooit op me zou nemen, maar op een gegeven moment is het genoeg. Ik ben nu negenentwintig en word hier al sinds mijn tweede op een schrijnende manier buiten spel gezet. Ik kan wel wachten tot iemand anders het voor mij doet, maar dan kan ik nog jaren wachten. En ik wacht al veertien jaar.’ Zijn kartrekkersrol doet ook anderen opstaan. ‘Ik krijg veel berichten van mensen die in dezelfde situatie zitten en ik merk dat ik het ook voor hen makkelijker maak om zich hierover uit te spreken. Eerlijk is eerlijk: heel veel mensen bespreken dit niet in hun naaste omgeving. Want: hoe vertel je dit?’
Momentum
Wie er wel van wist is de politiek, volgens Yosef. ‘Er wordt over gerapporteerd door het WODC, de IND en de Ombudsman.’ Door het lef van Yosef om zich uit te spreken over de zaak is het eindelijk gelukt om aandacht te krijgen voor de situatie waarin hij al ruim veertien jaar verkeert. ‘Nu ik zo ver ben gekomen zal ik dit niet loslaten. Ik ben strijdvaardig en heb het idee dat de publieke opinie aan onze kant staat.’ En niet alleen de publieke opinie staat aan hun kant, ook de meerderheid van de Tweede Kamer. Toch leeft bij hem de angst dat het opnieuw heel lang zal duren, of wellicht nooit van de grond komt. ‘Mijn grootste angst is dat er na het onderzoek niks zal gaan gebeuren. Ik voel de druk echt op mijn schouders om dit op de agenda te houden. En ik ben er continu mee bezig, want dit is het momentum. Als het nu niet gebeurt ben ik bang dat ik mijn hele leven als tweederangsburger moet leven.’
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!