In 2020 publiceerde een voetballer uit de Engelse Premier League een anonieme ‘coming-out’ brief. Daarin beschreef hij hoe moeilijk het voor een homoseksuele voetballer is om uit de kast te komen.
In het topvoetbal was op dat moment geen enkele voetballer openlijk homoseksueel. Dat maakte de anonieme ‘coming-out’ extra bijzonder. Maar levert dit iets op? Maakt deze openbaring het voor andere homoseksuele voetballers gemakkelijker om uit de kast te komen?
Een aangrijpende brief, noemt Thijs Smeenk van de John Blankenstein Foundation (een organisatie die zich inzet voor de sociale acceptatie van homo’s en lesbiennes in de top- en breedtesport) het in De Nieuws BV. ‘Hij geeft hiermee precies aan wat het probleem is.’ Pijnlijk voor de voetbalbond, volgens Smeenk. ‘Want het klimaat is blijkbaar niet goed genoeg voor voetballers om uit de kast te komen.’
Toch stemt deze brief Smeenk positief. Een paar jaar geleden hing de (regenboog)vlag er namelijk nog heel anders bij. ‘We liepen nog tegen muren aan. Dan hoorde je: ze zullen er vast wel zijn die voetballers, maar een paar en dat is het wel.’ Met deze brief wordt, volgens Smeenk, duidelijk dat die groep wellicht een stuk groter is dan wij in eerste instantie hadden gedacht. Maar de ontwikkelingen gaan langzaam.
Een echte stap vooruit is pas wanneer de eerste voetballer opstaat die openlijk uitkomt voor zijn seksualiteit. Toch geeft juist deze anonieme brief een goed beeld van de huidige situatie. ‘Het geeft aan wat de problemen zijn.’ Evgeniy Levchenko noemt het, in De Nieuws BV, om die reden een halve stap. ‘Een gedurfde stap, maar nog steeds anoniem. Ik wil niet zeggen dat het laf is (…) maar je hebt er weinig aan om een halve stap te zetten.’
Levchenko begrijpt, als oud-prof, als geen ander dat deze halve stap al enorm veel durf heeft gevraagd van de speler in kwestie. ‘Als ik zie hoe hard onze voetbalmaatschappij is, van de mensen die in het bestuur zitten tot de supporters, dan denk ik wel dat het een hele lastige situatie is.’
Op de route naar een voetbalwereld waarin iedereen openlijk voor zijn seksualiteit uit kan komen is nog veel werk te verrichten, maar deze brief kan daarin een kickstart vormen. ‘Andere voetballers lezen dit ook en zien dat ze niet de enige zijn’, aldus Smeenk. En ook voor de voetbalbonden kan het een verschil maken. Sterker nog: volgens Smeenk zouden zij dit moment aan moeten grijpen om ermee aan de slag te gaan. Waar ze voorheen de schouders hebben opgehaald, moeten ze er nu concreet mee bezig. Het kan een kantelpunt zijn, als deze organisaties stappen zetten.
Ook in het verleden zijn er pogingen gedaan om met het thema aan de slag te gaan. Zonder resultaat. De in 2012 gelanceerde campagne ‘Homo? Dat boeit geen flikker’ heeft dan ook weinig opgeleverd. ‘Window-dressing’, volgens Levchenko. ‘Naar buiten toe heel veel roepen, maar niets doen.’ 2012 was te vroeg volgens Smeenk. De voetbalwereld was er toen nog niet klaar voor, gek genoeg.
Maar daar heb je het probleem bij de supporters nog niet (direct) mee opgelost. En juist die supporters zijn een groot deel van het probleem. We zijn bekend met de racistische spreekkoren, maar evengoed zijn er iedere wedstrijd homofobe spreekkoren te horen vanaf de tribunes. ‘Niet heel langdurig, niet heel massaal, maar bij elke wedstrijd zijn ze aanwezig.’ Vaak worden deze uitspraken afgedaan met ‘je moet toch tegen een stootje en een geintje kunnen'. Maar volgens Smeenk zijn juist dit de momenten waarop een voetballer zijn coming-out weer een tijdje uitstelt. Opvallend vindt Smeenk dat, anders dan bij de racistische spreekkoren waar in de wedstrijd tussen Den Bosch en Excelsior goed tegen opgetreden is, er nooit een voetbalwedstrijd is stilgelegd vanwege homofobe spreekkoren.
‘Voetbal is een supermooie sport (...) en op de tribunes is iedereen een soort van gelijk, iedereen houdt van het spelletje’, aldus voormalig FC Twente-speler Wout Brama in Op1. Samen met voormalig FC Twente-speler Maud Roetgering schreef hij een kinderboek over homo-acceptatie en diversiteit in de voetbalwereld. ‘De centrale boodschap is dat voetbal van ons allemaal is, ongeacht afkomst of geaardheid’, aldus Roetgering.
Toch merkt oud-profvoetballer Brama dat niet iedereen zich daar heel vrij in kan voelen, onder andere door homofobe spreekkoren in stadions. ‘Je zingt het onbewust mee, zonder dat je doorhebt wat je daarmee bewerkstelligt: dat de cultuur toch niet veilig genoeg is om als speler uit de kast te komen.’
Er is meer bewustzijn nodig binnen het (betaald) voetbal. Smeenk probeert dit met zijn foundation aan te wakkeren door middel van workshops. Maar de leercurve is groot. ‘Je hoort best vaak: in het voetbal zijn toch geen homo’s? Of: het gaat toch om winnen?' En dat is ook zo, geeft Smeenk toe. Maar dan grijpt hij terug op een principe van Louis van Gaal. ‘Het totale mens principe. (…) Een voetballer is veel beter als hij volledig vrij is in zijn hoofd.’ Dat besef moet volgens Smeenk eerst indalen, alvorens er een volgende stap gezet kan worden.
In 2021 heeft de Australische profvoetballer Josh Cavallo (23) kenbaar gemaakt dat hij op mannen valt. Hij was daarmee de enige actieve mannelijke profvoetballer die uit de kast was. In een video vertelde hij dat hij het vermoeiend vond om er een dubbelleven op na te houden, en sprak hij de hoop uit dat hij net zo behandeld zal worden als andere voetballers. Een jaar later kwam ook de Britse profvoetballer Jake Daniels (18) uit de kast.
Thema's:
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!