Dzifa Kusenuh roept met Abortus is geen misdaad op om abortus uit het Wetboek van Strafrecht te halen
© Stijn de Vries
Abortus is volgens Artikel 296 uit het Wetboek van Strafrecht nog steeds strafbaar. Met Abortus is geen misdaad riep presentator Dzifa Kusenuh de Tweede Kamer daarom afgelopen jaar op om het daaruit te halen. Hoe kijkt ze hierop terug?
Met onze acties en programma's zetten we zaken in beweging. Lees hier wat we dit jaar teweeg hebben gebracht.
Dzifa, wat wilde jij met de campagne Abortus is geen misdaad bereiken?
‘Ik had een heel helder doel: abortus uit het Wetboek van Strafrecht krijgen en verzekeren binnen de zorgwetgeving. De Dolle Mina’s streefden hier tijdens de tweede feministische golf al naar. Met Spuiten & Slikken wilden we de jonge generatie informeren over hoe kwetsbaar het recht op abortus is.’
Wat vind jij ervan dat abortus nog altijd in het Wetboek van Strafrecht staat?
‘Ik ben ervan geschrokken. We zijn in Nederland al zo vroeg begonnen met strijden voor dit recht (de Wet Afbreking Zwangerschap is sinds 1984 van kracht, red.), maar conservatieve krachten proberen dat recht in te perken. Nog steeds zijn er veel demonstraties bij abortusklinieken. Het tegengeluid vanuit de anti-abortuslobby is heel sterk, dus het pro-abortusgeluid moet naar mijn idee sterker.’
Welke geluiden waren er naar aanleiding van Abortus is geen misdaad?
‘Door het maken van deze serie ben ik voor de samenleving het pro-abortusgezicht geworden. Ik ben dood gewenst en werd voor baby killer uitgemaakt, maar ik probeer mijn blik open te houden. Ik heb ook wel inhoudelijke discussies gehad met mensen, die me uiteindelijk inzicht hebben gegeven in de andere kant. Het heeft me doen beseffen hoe groot de anti-abortuslobby is en hoe krachtig het tegengeluid moet zijn.’
‘Gelukkig zijn er ook veel jongeren naar me toegekomen die het goed vinden dat ik me hierover uitspreek. Er zijn zelfs scholieren die nu een profielwerkstuk maken over het recht op abortus. De mensen die we wilden bereiken, hebben we dus echt bereikt.’
93.689 mensen ondersteunden het burgerinitiatief van BNNVARA en het Humanistisch Verbond. Daarom sprak je op 24 mei de Tweede Kamer toe. Was je gespannen?
‘Met de spanning viel het mee , want ik had drie dagen lang met eindredacteuren gewerkt aan de speech. Omdat ik achter de boodschap sta, voelde ik me zeker over wat ik wilde gaan zeggen. Dit is zo belangrijk, dat de Tweede Kamer nu moet luisteren. “Luister naar mij, ons, naar deze 93.689 mensen.”’
‘Abortus is niet een recht, mits... Nee, het is strafbaar, tenzij…’, vertelde je in jouw speech. Kan je dit toelichten?
‘Dat gaat over de positie in het Wetboek van Strafrecht; het allerzwaarste middel dat de staat heeft. Nu is abortus strafbaar, tenzij. We willen naar een situatie dat abortus een recht is, mits aan voorwaarden wordt voldaan, zoals veiligheid en een opgeleide arts. Hoewel het zorg is, wordt abortus zo anders berecht.’
Na de speech diende Corinne Ellemeet (GroenLinks-PvdA) een motie in, maar deze behaalde geen Kamermeerderheid. Wat deed dit met jou?
‘Ik was eerst overschaduwd door het doel: abortus uit het Wetboek van Strafrecht krijgen. Doordat dat niet gelukt is, voelde het eerst een beetje alsof ik al die 93.689 mensen teleurgesteld had, maar we hebben wel een superkrachtig signaal afgegeven. Dit is wat de maatschappij wil. Het leverde ons zelfs een nominatie voor de Televizier-Ring Impact op! Onze actie heeft abortus op de politieke agenda gezet. We moeten er nu voor zorgen dat we het in de wetgeving kunnen doorzetten.’
Een motie van Jimmy Dijk (SP) werd wel gehaald. Die moet in kaart brengen wat de mogelijke gevolgen zijn als Artikel 296 uit het Wetboek van Strafrecht wordt gehaald. Welke stappen worden daarin gezet?
‘Ze gaan kijken hoe abortus binnen de zorgwetgeving kan worden verankerd. Wat zijn de praktische gevolgen voor artsen en de samenwerking tussen ziekenhuizen? Ik wil grote veranderingen zien, maar waarschijnlijk gaat dit in kleine stapjes. Maar elke stap is er een.’
Inmiddels is Corinne Ellemeet vertrokken uit de Tweede Kamer, maar ze diende op 15 november haar laatste wetsvoorstel in, om abortus uit het Wetboek van Strafrecht te halen. Wat hoop je dat dit teweegbrengt?
‘Corinne Ellemeet was jaren bezig om de verplichte vijf dagen bedenktijd bij abortus uit de wet te halen. Dat is gelukt. Vlak voor haar vertrek heeft ze haar laatste initiatiefwet ingeleverd. Daar moet over gestemd worden door de nieuwe Tweede Kamer, maar ik neem aan dat GroenLinks-PvdA verdergaat met het uitdragen van dit sentiment.’
‘Ik wil zo graag dat abortus uit het Wetboek van Strafrecht gaat. Dat zou een historische gebeurtenis zijn, omdat er al sinds de Dolle Mina’s om wordt gevraagd. De 93.689 handtekeningen tonen aan dat er een groot draagvlak is. We willen nu actie zien, want feitelijk is er nog niks veranderd.’
Dzifa Kusenuh (links) en Corinne Ellemeet (rechts)
© Spuiten & Slikken
Maakt de winst van de PVV jou ongerust over het recht op abortus?
‘Ja, wel een beetje. We zien namelijk wat er in landen als de Verenigde Staten, Polen en Hongarije gebeurt met het recht op abortus als oprukkende conservatieve politieke krachten hun kans grijpen. We moeten zien hoe de formatie gaat zijn. Tijdens mijn bezoek aan de Tweede Kamer zeiden veel politici achter de schermen dat ze het goed vinden dat we dit doen, maar ze spraken zich niet publiekelijk uit voor het schrappen van abortus uit het Wetboek van Strafrecht. Ik hoop dat er genoeg steun is en ze kleur durven te bekennen, door pro-abortus te zijn.’
Alle Kamerleden ontvingen afgelopen december een anti-abortusbrief en een poppetje van een foetus van 10 weken, namens een extreem conservatieve katholieke organisatie. Wat vind je daarvan?
‘Het is een trieste zaak. Dat voelt als pesten. Ik snap het vanuit christelijke overtuiging, maar de Week van het Leven (een pro-life-beweging, red.) vind ik verschrikkelijk. Zij verspreiden ook veel misinformatie over abortus, waarmee we echt een paar stappen achteruitgaan. Niemand mag voor jou bepalen dat abortus niet mag.’
‘Daarnaast werd er vorig jaar een wet aangenomen waarmee ouders hun doodgeboren kind kunnen inschrijven in het basisregister. Dit werd gevierd door de anti-abortuslobby, omdat zij het zien als een overwinning op de erkenning van het leven van een ongeboren kind. Zo proberen ze op allerlei verschillende kleine terreinen hun ideologisch gelijk te halen, om dit in de toekomst te kunnen gebruiken om het recht op zelfbeschikking in te perken.’
Hoe strijd jij verder om abortus uit het Wetboek van Strafrecht te krijgen?
‘Als pro-zelfbeschikkingslobby moeten we mondig en scherp blijven op misinformatie. Als samenleving moeten we blijven herinneren dat het recht op abortus een kwetsbaar iets is. Laten we dat veiligstellen.'
Thema's:
Meld je snel en gratis aan voor de BNNVARA nieuwsbrief!