Over
Vijf jaar na de Arabische Lente onderzoekt journalist Sinan Can hoe de revolutie van hoop tot chaos en strijd heeft geleid. Van de zelfontbranding van Mohammed Bouazizi in Tunesië naar de frontlinie van Syrië. In drie delen reist Can naar het hart van het conflict om de gevolgen van de opstanden bloot te leggen.
Deel 1: Verdwenen zonen (Tunesië en Libië)
De zelfontbranding van Mohammed Bouazizi zet een Arabische revolutie in gang. Als dictator Ben Ali in 2011 Tunesië ontvlucht krijgt een prille democratie de kans. Maar voor de jongeren in het arme zuiden van het land verandert er weinig. Ondanks hun goede opleidingen is er nauwelijks werk te vinden. Veel van hen kiezen er voor om weg te gaan en de uitzichtloosheid achter zich te laten. Ze proberen Europa te bereiken, of ze raken in de greep van ronselaars. Tunesië is de grootste buitenlandse leverancier van strijders in Libië en Syrië. In het spoor van één van hen volgt Sinan Can de Jihadroute naar Libië, waar door de instroom van strijders het conflict verder is ontspoord.
Deel 2: Geloof in geweld (Egypte en Noord-Syrië)
Veel van de hoofdrolspelers van de opstanden op het Tahirplein staan in de schaduw van de huidige machthebbers. Na de vrije verkiezingen in Egypte komen de Moslimbroeders aan de macht, maar na amper een jaar worden ze hardhandig door het leger afgezet en tot terroristische organisatie verklaard. Sinan Can onderzoekt waar het geloof in geweld vandaan komt en spreekt hierover met geestelijken van de leidende Al-Azhar moskee. Bovendien weet hij, ondanks het verbod, contact te leggen met leden van de Moslimbroederschap. Om na te gaan hoezeer religieuze ideeën uit Egypte IS hebben beïnvloed, reist hij af naar de frontlinie in Syrië, waar volgens IS de strijd om het ware geloof wordt uitgevochten.
Deel 3 Het gezicht van de strijd (Syrie, Libanon en Irak)
De demonstraties voor meer vrijheid worden in Syrië aan het begin van de revolutie hardhandig neergeslagen door het bewind van president Al-Assad. In 2013 wordt zelfs gifgas gebruikt tegen de eigen bevolking. De strijd die ontstaat trekt talloze Jihadistische groeperingen aan zoals IS. De revolutie is een bloedige oorlog geworden tussen moslims onderling, tussen gelovigen en niet-gelovigen, tussen verschillende sektarische en etnische groeperingen. Na aanslagen in Paris, Libanon en Egypte grijpen ook de grote mogendheden in. Om na te gaan waar de strijd nu over gaat zoekt Sinan Can de verschillende groeperingen op die in Syrië vechten. Uiteindelijk komt hij in Kirkuk (Irak) oog in oog te staan met gevangen IS-strijders.