Weer minder interesse voor griepprik

Risicogroepen laten zich minder inenten tegen griep. In 2011 liet 65,7 procent van de risicogroepen zich vaccineren ten opzichte van 68,9 procent een jaar daarvoor. De daling is vooral zichtbaar in de leeftijdsgroep van 60 tot 65 jaar: van 63,2 procent in 2010 naar 56,2 procent in 2011. De daling van de belangstelling is overigens een trend die al jaren aan de gang is.

Dat blijkt uit de jaarlijkse monitor van het nationaal programma grieppreventie. Het Universitair Medisch Centrum St Radboud (UMC) in Nijmegen onderzoekt daarvoor de belangstelling voor de griepprik.

In de groep gezonde mensen tussen de 60 en 65, die slechts worden uitgenodigd omdat ze een bepaalde leeftijd hebben, is de daling het grootst: van 52,1 procent in 2010 naar 43,6 procent in 2011.

Voor het onderzoek zijn bijna 260.000 patiëntgegevens van 68 huisartsenpraktijken geanalyseerd op de omvang en de vaccinatiegraad van de totale doelgroep en de specifieke doelgroepen.

Vaccin werkt slecht
Het griepvaccin dat jaarlijks aan miljoenen Nederlanders wordt gegeven, doet zijn werk slecht. Dat stelt directeur van Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) Roel Couthino in Zembla - ' De overbodige griepprik '.

Het vaccin werkt met name slecht bij ouderen en mensen die al kampen met gezondheidsproblemen. Dat beeld wordt bevestigd door Viroloog Ab Osterhaus hij zegt dat de werking van het griepvaccin in eerdere onderzoeken te positief is neergezet. “ Dat wil zeggen dat de te voorkomen aantallen sterfgevallen ten gevolge van vaccinatie te hoog werd ingeschat ”, aldus Osterhaus in ZEMBLA.

Risico's
De griepprik is bestemd voor Nederlanders die extra gezondheidsrisico's lopen, bijvoorbeeld ouderen of mensen met hart- en vaatziekten, diabetes of longziekten. Wetenschappers maken elk voorjaar een inschatting van de virussen die de komende winter zouden kunnen toeslaan. Op basis daarvan wordt de samenstelling van het vaccin bepaald.

Banden met de industrie
Opmerkelijk is dat griepdeskundigen die de Gezondheidsraad adviseren over het influenzavaccin ook banden hebben met de farmaceutische industrie, zo stelt Zembla. Ab Osterhaus zit bijvoorbeeld in vier wetenschappelijke adviesraden van de industrie.