1. Wat is obductie?
Obductie is een onderzoek op de overledene. Het wordt ook wel een sectie of autopsie genoemd. Het onderzoek wordt verricht door een patholoog, een arts die gespecialiseerd is in deze vorm van onderzoek. Voordat de patholoog aan de obductie begint doet hij eerst een uitwendig onderzoek (schouwing). Bij het inwendig onderzoek worden vrijwel alle organen van de overledene onderzocht.
2. Wat is het doel van obductie?
Een obductie kan om verschillende redenen worden verricht. De belangrijkste reden is om de doodsoorzaak vast te stellen. Het is niet altijd duidelijk waaraan iemand precies is overleden. Nabestaanden en artsen willen vaak weten hoe het ziekteproces en het daaropvolgende overlijden verlopen zijn. Een andere reden kan zijn om vast te stellen of de ziekte erfelijk of besmettelijk is. Obductie is tevens van belang voor onderwijs en wetenschap. Van veel ziekten is een groot deel van de kennis ontleend aan studies van obductiemateriaal.
3. Wat gebeurt er bij een obductie?
Bij een obductie wordt het lichaam van een overledene geopend en worden de organen onderzocht. Zij worden over het algemeen één voor één uit het lichaam gehaald, gewogen en ook ingesneden om de binnenkant te kunnen inspecteren. Vervolgens wordt uit elk orgaan een klein stukje weefsel genomen om microscopisch te onderzoeken. Dat is belangrijk, omdat niet alle afwijkingen met het blote oog herkenbaar zijn. Daarna worden de organen teruggeplaatst in het lichaam, behalve de organen waarvan het onderzoek nog niet afgerond is. Het lichaam wordt gesloten om vervolgens te worden overgedragen aan de uitvaartverzorger. Als de overledene voor een opbaring wordt aangekleed, is van de obductie niets meer te zien, behalve als bij mensen zonder hoofdhaar een schedellichting voor hersenonderzoek heeft plaatsgevonden. Als u dit laatste bezwaarlijk vindt, kunt u dit bespreken met de arts, die de obductie heeft aangevraagd. Er kan dan bijvoorbeeld een gedeeltelijke obductie plaatsvinden.
4. Waarom worden er organen of weefsel bewaard?
Er zijn omstandigheden waarin, naast de stukjes weefsel voor het microscopisch onderzoek, één of meer organen - of delen daarvan - langer worden bewaard, bijvoorbeeld het hart of de hersenen.
- Het kan zijn dat het een ingewikkelde afwijking van het orgaan betreft die uitgebreider onderzoek, al dan niet in samenwerking met een expert, noodzakelijk maakt.
- Soms wordt het weefsel of orgaan eerst bewerkt om tot onderzoek over te kunnen gaan. De bewerking kan enkele dagen en soms weken in beslag nemen. Voor hersenonderzoek bijvoorbeeld is een periode van zes tot twaalf weken nodig voor bewerking en beoordeling.
- Ook kan een (deel van een) orgaan bewaard worden voor onderwijsdoeleinden. Als het orgaan op een treffende wijze een bepaalde ziekte illustreert, kan het een grote dienst bewijzen bij het onderwijs aan medische studenten, artsen en verpleegkundigen.
Er zijn dus verschillende redenen om bepaalde (delen van) organen langer te bewaren. Deze weefsels of (delen van) organen kunnen dan niet met de overledene mee begraven of gecremeerd worden, maar worden later alsnog gecremeerd, behalve als ze bewaard blijven voor onderwijsdoeleinden. Het is belangrijk dat u zich dit realiseert. Als u hiertegen bezwaar heeft, kunt u dit kenbaar maken aan de arts.
5. Waarvoor toestemming?
Als de overledene niet in een wilsbeschikking heeft laten opnemen wat hij/zij bij een verzoek om obductie wenst, kan een arts de nabestaanden vragen om toestemming te geven voor obductie. Door het geven van toestemming wordt er obductie verricht bestaande uit: uitwendig- en inwendig onderzoek inclusief hersenonderzoek en het eventueel gebruiken van organen en weefsel voor wetenschappelijk onderzoek en onderwijsdoeleinden. In sommige ziekenhuizen wordt expliciet toestemming gevraagd voor hersenonderzoek.
6. Wat moet ik doen als ik niet wil dat organen of weefsel bewaard worden?
Het kan gebeuren dat u wel toestemming wilt geven voor obductie, maar dat u bijvoorbeeld liever niet wilt dat organen bewaard worden of dat de hersenen uit de schedel gehaald worden voor nader onderzoek. Uw eventuele bezwaren moet u expliciet bij de arts kenbaar maken die aan u toestemming voor obductie vraagt. Als uw bezwaar ertoe leidt dat de obductie onvoldoende gegevens zal opleveren, zal de arts dit met u bespreken. U kunt dan op basis van deze informatie nieuwe afwegingen maken voordat u een besluit neemt.
7. Wat is het verschil tussen een medische obductie en gerechtelijke sectie?
Medische obducties worden gedaan als er sprake is van een natuurlijke dood. Een patholoog onderzoek het stoffelijk overschot om de doodsoorzaak te evalueren. Hiervoor moeten nabestaanden toestemming geven.
Als er een vermoeden is van een niet-natuurlijke dood kan de Officier van Justitie een gerechtelijke sectie lassen. De toestemming voor het onderzoek wordt dan door de Officier van Justitie gegeven, niet door de nabestaanden. Ze moeten wel geïnformeerd worden. Bij een gerechtelijke sectie verrichten forensische artsen het onderzoek op het stoffelijk overschot.