'Vishandelaar verkocht dioxinekrab'
10-12-2014
• leestijd 1 minuten
Een vishandelaar in Urk wordt ervan verdacht dat hij willens en wetens heeft gehandeld in wolhandkrab met een te hoog dioxinegehalte. De krabben waren bestemd voor de internationale markt en consumptie door mensen, wat gevaarlijk kan zijn. Dat heeft het Openbaar Ministerie woensdag gemeld.
Het OM denkt dat de handelaar honderden kilo’s wolhandkrab heeft gekocht van vissers, terwijl hij wist dat de krab in met dioxine vervuilde wateren was gevangen. In Italië is kort geleden een partij levende wolhandkrab gevonden die zwaar was verontreinigd met dioxine, dat kanker kan veroorzaken. De krabben waren afkomstig van de vishandelaar uit Urk. Zijn bedrijf is woensdag doorzocht door de politie en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA).
In het onderzoek is twee weken geleden al een 49-jarige visser aangehouden. Hij keerde op dat moment net terug met zijn vangst. Hij zou krabben hebben gevangen bij de Haringvlietsluizen. Het is daar sinds 2011 verboden om te vissen omdat daar het slib vervuild is.
In Nederland geldt een vangstverbod voor wolhandkrab in met dioxine vervuilde wateren. Vorig jaar wilde een Kamermeerderheid van VVD, CDA, PVV, SGP, ChristenUnie en 50PLUS het verbod van tafel. Maar het kabinet ging daar niet in mee, omdat het de volksgezondheid voorop stelt.
In de wolhandkrab uit de vervuilde wateren zit gemiddeld vier keer meer dioxine dan in een paling uit hetzelfde gebied.