Informatie in het Wob-verzoek dat Zembla deed over granuliet, is ten onrechte niet openbaar gemaakt doorRijkswaterstaat en het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat. Dat oordeelde de rechtbank Midden-Nederland dinsdag. Demissionair minister Barbara Visser (IenW) moet daarom van de rechter binnen twee maanden een nieuwe beslissing nemen over het Wob-verzoek.
Zembla deed het Wob-verzoek in februari 2020, met als bedoeling meer informatie te krijgen over granuliet en de toepassing ervan in water. Drie maanden later kwamen er 1500 documenten binnen die zo’n 9000 pagina’s besloegen. Toch ontbraken er ook stukken en waren vele passages zwart gelakt. Zembla wilde ook inzage in deze, mogelijk belangrijke, informatie. Een bezwaarprocedure leverde onvoldoende op, daarom stapte BNNVARA naar de rechter.
De minister weigerde met name informatie openbaar te maken “omdat deze documenten persoonlijke beleidsopvattingen ten behoeve van intern beraad bevatten”. De gelakte passages hebben volgens de minister betrekking op persoonlijke opvattingen over bijvoorbeeld de kwalificatie van granuliet als grond of bouwstof. Volgens het ministerie zijn dergelijke opvattingen niet aan te merken als milieu-informatie, en hoeven ze daarom niet openbaar gemaakt te worden.
De rechter wijst er echter opdat de overheid een extra informatieplicht heeft als het gaat om informatie over milieu en emissies. Het is volgens de wet noodzakelijk dat burgers over de nodige informatie beschikken om te controleren of beslissingen die gemaakt worden door de overheid op dit gebied juist zijn. Granuliet wordt volgens de rechter rechtstreeks in het milieu gebracht: “Daardoor is naar het oordeel van de rechtbank sprake van emissie in het milieu in zin van de Wet milieubeheer”.
Bij de beoordeling van de documenten heeft de minister volgens de rechter alleen de onderzoeksresultaten/cijfers als milieu-informatie aangemerkt en niet de analyses over de aard, de samenstelling van de stof en de gegevens over de mogelijke invloeden die deze emissies op kortere of langere termijn op het milieu kunnen hebben.
De minister heeft dit niet onderkend en daardoor een “onjuiste, want te beperkte, maatstaf aangelegd”, concludeert de rechtbank. Ook de documenten met discussie over de kwalificatie van granuliet als grond of bouwstof, zijn naar het oordeel van de rechtbank aan te merken als milieu-informatie en moeten dus anders beoordeeld worden.
Het ministerie moet nu binnen acht weken opnieuw motiveren waarom ze niet willen dat de informatie openbaar wordt.
Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.