De Nederlandse missie in de Afghaanse provincie Uruzgan kampte vanaf het begin met een gebrek aan visie en onrealistische politieke richtlijnen. Dat blijkt uit een onderzoek van Martijn Kitzen, voormalig militair en docent aan de Nederlandse Defensie Academie die woensdag promoveert op het onderzoek, meldt Trouw.
Kitzen stelt dat Nederlandse militairen, diplomaten en ontwikkelingswerkers in 2006 zonder concrete doelen of een duidelijke strategie naar Uruzgan gingen. Toen de Taskforce Uruzgan (TFU) eindelijk de juiste strijdmethode onder de knie had, werd de missie in 2010 afgebroken.
Het is volgens de krant het eerste wetenschappelijke onderzoek naar de missie. Uit een evaluatie van het kabinet in 2011 bleek dat de missie 'zichtbaar effect' had. Hulporganisatie Cordaid concludeerde in datzelfde jaar dat meer bereikt had kunnen worden in Uruzgan als de Tweede Kamer zich niet zo gedetailleerd met de missie had bemoeid. "Soldaten hadden de grootste moeite om een werkbare weg rond die Haagse restricties te vinden", zegt Kitzen. "Door militiestrijders aan te stellen als 'hulppolitie' omzeilde men de richtlijnen." Volgens Kitzen staat dit gebrek aan kennis over inzet van militairen onder krijgswetenschappers bekend staat als 'strategisch analfabetisme'.
Volgens Kitzen sloot de politieke realiteit in Den Haag niet aan bij de werkelijkheid in Uruzgan. Het zou te danken zijn aan de Taskforce dat er nog iets is bereikt in Uruzgan. Hij ging in 2008 mee met de missie om onderzoek te doen. Kitzen interviewde militairen en zou geheime documenten hebben mogen inzien.
Tussen 2006 en 2010 waren Nederlandse militairen gelegerd in Kamp Holland, vlakbij Tarin Kowt. Inmiddels heeft de Taliban weer voor een groot deel voet aan de grond gekregen in Uruzgan.
Onze missie in Afghanistan
VARA onderzoeksjournalist Sinan Can en documentairemaker Thomas Blom onderzoeken met de tweedelige documentaire ‘
Onze missie in Afghanistan
’ wat de Nederlandse missie in Afghanistan heeft opgeleverd.
In ruim tien jaar tijd zetten tienduizenden Nederlandse militairen voet aan de grond in Afghanistan, met als doel om de Taliban verder te verdrijven en om het land op te bouwen. Maar hoe hard is er gevochten? En wat is er over van de wederopbouw? Aflevering 1:
De weg naar Kamp Holland
werd afgelopen maandag uitgezonden, aflevering 2:
De slag om Chora is vanavond te zien bij de VARA om 21:10 uur op NPO 2
.
Levensgevaarlijke missie
ZEMBLA heeft een reeks uitzendingen gemaakt over de Nederlandse missie in de provincie Uruzgan in Afghanistan. In een ‘
Een levensgevaarlijke missie’ (2006)
zeggen deskundigen die Afghanistan zeer goed kennen, dat de Nederlandse militairen die naar Uruzgan gaan, worden opgezadeld met een missie die niet kan lukken.
Wanneer in Nederland de vraag speelt of er een missie naar Uruzgan moeten komen, wordt er halsoverkop een parlementaire hoorzitting georganiseerd. Binnen een week moeten deskundigen uit binnen- en buitenland opgetrommeld worden om de Kamer, die drie dagen later tot stemming overgaat, te informeren.
Zembla
sprak in die periode met Afghanistan-experts die niet uitgenodigd waren voor de zitting, of één dag van tevoren werden afgebeld. Het beeld wat uit de uitzending naar voren komt is dat de huidige resultaten van de missie niet voor iedereen een verassing zullen zijn. Hulpverleningsexpert Kees Rietveld toen: “Die gewenste veiligheid, dat gebeurt nooit. Het gaat misschien een paar jaar goed en dan gaat het weer fout."
Uruzgan ongecensureerd
De bewegingsvrijheid van journalisten die meegaan met het Nederlandse leger naar Uruzgan is beperkt. Wat zich buiten de poorten van de militaire basis afspeelt blijft meestal een mysterie. Bovendien moeten verhalen of reportages voor publicatie door het ministerie van Defensie zijn goedgekeurd. Journalist Arnold Karskens had geen last van deze censuur want hij ging voor Zembla zonder de bescherming van het leger naar Uruzgan. Bekijk '
Uruzgan ongecensureerd
' (2006)
Terugkeer uit Kamp Holland
Ze gingen voor de wederopbouw, maar in de praktijk blijkt de missie in Uruzgan vooral een gevechtsmissie te zijn. De Nederlandse militairen waren dagelijks verwikkeld in een hevige strijd met de Taliban. Tientallen Nederlandse militairen zijn gewond geraakt en twaalf van hen verloren het leven.
Terugkeer uit Kamp Holland
(2007)
Moeras Uruzgan
In de ZEMBLA-aflevering
‘Moeras Uruzgan’
(2007) analyseren generaals en krijgswetenschappers uit Nederland, Israël, Rusland en Afghanistan welke militaire doelen te behalen zijn in Uruzgan en welke fouten er gemaakt worden door de ISAF. Volgens de Israëlische militair historicus Martin van Creveld kun je met een hearts and minds-strategie geen guerrillaoorlog winnen. Hij is ervan overtuigd dat er geen enkele militair doel te behalen valt, dat de Nederlandse missie het terrorisme juist bevordert en dat wederopbouw en oorlogvoeren niet samengaan, zeker niet in Afghanistan. ‘Dit zijn luxeoorlogen, en omdat ze niet noodzakelijk zijn worden ze aangekleed met idealistisch of humanitair jasje,’ aldus Van Creveld.
Befehl ist befehl in Uruzgan (2010)
In september 2008 wordt een peloton Nederlandse militairen in Uruzgan op non-actief gezet. De militairen vinden dat zij extra tijd nodig hebben om een gevaarlijke opdracht voor te bereiden. Daarover ontstaat onenigheid met hun compagnies commandant. Hij houdt voet bij stuk met de woorden: ‘Bij mij ist Befehl ist Befehl. Ook als er doden vallen –jij, jij, jij - dan gaat de opdracht gewoon door.’ Ruim twintig militairen werden ervan beschuldigd een dienstbevel te weigeren. In de uitzending is uniek beeldmateriaal te zien uit Uruzgan gemaakt door militairen van een peloton in Afghanistan. Uit de bijzondere beelden blijkt ook uit hoezeer het een vechtmissie is geweest. Ook blijkt dat ze militair materiaal bij elkaar moesten bedelen uit geldgebrek en ‘BEGGARS ARMY’ werden genoemd door de Amerikaanse en Australische troepen daar. Bekijk '
Befehl ist Befehl in Uruzgan
'