De Onderzoeksraad voor Veiligheid (OVV) heeft een tussentijdse waarschuwing gegeven voor het varen met zeer grote schepen op de zuidelijke vaarroute nabij de Waddeneilanden. Zeer grote schepen zouden namelijk door een combinatie van getij, golven en wind de zeebodem kunnen raken.
De waarschuwing is gericht aan het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, de kustwacht en reders en komt halverwege het onderzoek van de OVV naar het ongeluk met het schip MSC Zoe. Het eindrapport over het onderzoek naar het ongeluk met de Zoe wordt komend voorjaar verwacht.
Contact met de zeebodem
Op basis van voorlopige modelberekeningen en bassinproeven blijkt dat op de route waar de Onderzoeksraad voor waarschuwt, bepaalde wind- en golfcondities en getijde kunnen leiden tot grote domp- en slingerbewegingen. Die kunnen de veilige afstand tussen het schip en de zeebodem in gevaar brengen. Voor schepen met afmetingen vergelijkbaar met die van MSC Zoe ontstaat daarmee het risico van contact of bijna-contact met de zeebodem.
MSC Zoe
ZEMBLA maakte onlangs een tweeluik over de gebeurtenissen rondom de containerramp, waarbij op nieuwjaarsavond 342 containers van boord van het containerschip MSC Zoe vielen. In de het tweede deel van de uitzending trokken verschillende deskundigen op basis van een nauwgezette reconstructie de conclusie dat de kans groot was dat de MSC Zoe de bodem had geraakt.
Uit die reconstructie bleek dat de MSC Zoe meer dan dertig graden slagzij maakte. “Het schip is zestig meter breed. Met dertig graden slagzij neemt de diepgang zeker met 15 meter toe. Dan moet ie ‘gestoten’ hebben, de grond hebben geraakt", concludeert Klaas Reinigert, oud directeur van bergingsbedrijf Smit Tak en voormalig adviseur van de Onderzoeksraad voor de Veiligheid.
Kijk hier deel 1 van de 'Ramp op het wad' terug:
Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.