Minister Grapperhaus gaat verkrachters harder aanpakken
28-03-2019
•
leestijd 2 minuten
•
181 keer bekeken
•
Minister Grapperhaus van Justitie en Veiligheid gaat meer bescherming geven aan slachtoffers die tijdens een verkrachting ‘bevriezen’ en zich dus zich dus niet hebben verzet. Dat zegt hij in een interview met ZEMBLA. "Als de rechter vaststelt dat de dader wist, of op grond van feiten en omstandigheden behoorde te weten dat de ander niet uit vrije wil aan die seksuele handelingen deelnam, dan mag de rechter strafbaarheid constateren. Dat moet in onze wetgeving komen." Dat is een grote verandering in de zedenwet. Grapperhaus wil zijn aanbevelingen nog voor de zomer in de Tweede Kamer bespreken.
Al in 2012 zette de Nederlandse regering een handtekening onder het Verdrag van Istanbul. Daarin werd onder meer afgesproken dat de zedenwetgeving in veel landen verbeterd moest worden. Seks moet strafbaar zijn als de een niet wil, en de ander dat weet. Ook als er geen dwang wordt gebruikt. "De Nederlandse wet moet worden aangepast, simpelweg omdat het Verdrag van Istanbul daartoe verplicht," zegt hoogleraar strafrecht Kai Lindenberg.
Niet genoeg moeite
Grapperhaus gaat nog een stap verder dan het Verdrag van Istanbul, zegt Lindenberg tegen ZEMBLA. "Niet alleen wordt het strafbaar als één van de twee niet wil en de ander dat weet. Maar ook als de ander dat
hoorde t
e weten. Dus als de dader niet genoeg moeite heeft gedaan om te achterhalen of de ander ook wilde." Slachtoffers van verkrachting die bevriezen, zullen vooral bij dat laatste baat hebben, verwacht Lindenberg.
De meeste mensen denken dat ze zich tijdens een verkrachting hevig zullen verzetten. Maar niets doen is de meest voorkomende natuurlijke reactie tijdens seksueel geweld, vertelt klinisch psycholoog Iva Bicanic aan ZEMBLA. "Zo'n zeventig procent van de acute verkrachtingsslachtoffers doet niks of werkt mee." Slachtoffers die bevriezen en die vervolgens aangifte willen doen, vallen op dit moment buiten de boot.
Dwang
Volgens de huidige Nederlandse wet is er namelijk pas sprake van verkrachting als de verdachte dwang heeft gebruikt. Bijvoorbeeld door geweld of dreiging met geweld. Officier van justitie Eva Kwakman licht toe aan ZEMBLA: "Je hebt bijvoorbeeld situaties waarbij mensen gewoon met elkaar op date zijn en op enig moment beginnen ze te zoenen en op enig moment gaat dat verder. En tijdens dat dat gebeurt denkt dat slachtoffer: ik wilde het eigenlijk helemaal niet. Maar je kan dat eigenlijk niet aan haar merken. In dat soort situaties kun je op basis van de huidige wetgeving niet zeggen dat er sprake was van verkrachting. Ook al wilde iemand dat vanbinnen niet."
Bij zedenmisdrijven zijn zelden getuigen aanwezig. "Het blijft dus moeilijk om een zedenmisdrijf te bewijzen", aldus Lindenberg.