Werkende moeders nemen binnen de opvoeding nog steeds de meeste verzorgende taken op zich. Dat geldt vooral voor gezinnen waarbij een ouder werkt en als beide ouders evenveel werken. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
De enige situatie waarin vaders vaker dan moeders altijd of meestal taken op zich nemen, is wanneer de moeder betaald werk heeft (voltijd of deeltijd) en de vader niet.
Ook spelen de meeste ouders in werkende gezinnen even vaak met hun kinderen en brengen ze naar bed. Het aankleden van de kinderen komt wel vaker op de moeder neer. Ook als een kind ziek is, blijft de moeder meestal thuis.
Kleden en thuisblijven bij ziek kind doet moeder veel vaker dan vader
Spelen met de kinderen gebeurt in 85 procent van de werkende gezinnen in gelijke mate, het naar bed brengen van de kinderen in 71 procent. Op de vraag echter wie van de werkende ouders het vaakst ‘altijd of meestal’ bepaalde taken op zich neemt, is het antwoord voor alle taken: de moeder. Het sterkst geldt dit voor het kleden van de kinderen, dat in 44 procent van de gevallen altijd of meestal door de moeder gebeurt, voor vaders is dat nog geen 3 procent.
De taak die verreweg het meeste tijd kost, thuis blijven bij een ziek kind, komt bijna 3,5 keer zo vaak altijd of meestal op de moeder terecht. Moeders blijven in 31 procent van de gezinnen waar beide ouders in gelijke mate betaald werk doen, altijd of meestal thuis bij een ziek kind. Vaders doen dat in 9 procent van die gezinnen.