GroenLinks, PvdA en PvdD willen weten of het kabinet het acceptabel vindt dat omwonenden gezondheidsklachten hebben door de uitstoot van fijnstof en stankoverlast van veehouderijen. Dat blijkt uit Kamervragen die ze aan de twee verantwoordelijke bewindspersonen hebben gesteld over het onderzoek van Zembla naar stankoverlast.
Uit ons onderzoek blijkt onder meer dat de Wet geurhinder en veehouderij burgers onvoldoende beschermt tegen ernstige stankoverlast en dat de overheid daarover jaren geleden al signalen kreeg. Maar tot een aanpassing van de wet heeft dat niet geleid.
Een van de problemen van de wet is volgens deskundigen dat er in vergunningen wordt gemeten met gemiddelde emissies en niet met feitelijke stank. Deskundigen spreken van ‘een papieren werkelijkheid’. GroenLinks en PvdA vragen de bewindslieden of ze het daarmee eens zijn. “Hebben de deskundigen gelijk in hun kritiek op het gebrek aan handhaving, ontbreken van regelingen rond piekbelasting of de cumulatieve overlast?” Met cumulatieve overlast wordt bedoeld dat de stankuitstoot van verschillende veehouderijen die bij elkaar in de buurt zitten, niet bij elkaar wordt opgeteld.
GroenLinks en Pvda: “Waarom wordt geurhinder niet vergund en gehandhaafd op basis van absolute waarden, maar op basis van eerder vergunde aantallen dieren van individuele bedrijven? Hoe kan op die manier een maximaal aanvaardbare geurhinder in heel Nederland worden bereikt?”
Stankoverlast wordt gemeten in zogenoemde odour units, geureenheden. Geurexpert Hugo van Belois legt uit dat dat niet eenvoudig is: “Een meter die echt weet uit te drukken wat wij ervaren, die is er niet.” Hij meet stank met een zak, die hij in de stallucht houdt. Als de zak vol is, dan doet hij de zak dicht en brengt hem naar het laboratorium.
Met behulp van een geurpanel worden de odour units vervolgens per kubieke meter vastgesteld. De wet geeft gemeenten de mogelijkheid om de eigen geurnormen te bepalen. In de bebouwde kom van Deurne geldt bijvoorbeeld een geurnorm van 1. In het buitengebied loopt die norm op van 5 tot 10 odour units.
Kamerlid Van Esch van PvdD wil weten of de wet Geurhinder en veehouderij uit 2007 daadwerkelijk wordt herzien. Ook wil ze weten of er een maximale stanknorm voor alle inwoners van het buitengebied komt van maximaal 5 Odeur.
Bekijk de uitzending 'Stank en strijd deel 1'
Boeren zijn verplicht om stank reducerende maatregelen te nemen. De meeste varkensboeren hebben zogeheten combi-luchtwassers waarmee ze de stallucht filteren. Maar die blijken veel minder goed te werken dan gedacht. De combi-luchtwassers zouden volgens de fabrikant en een Duits onderzoek 75 tot 85 procent van de stank filteren. Maar ze blijken slechts 35 tot 45 procent van de stank weg te nemen. Zembla ontdekt dat alarmerende signalen over de slechte werking van de combi-luchtwasser door de overheid jarenlang zijn genegeerd, terwijl de apparaten met miljoenen euro’s zijn gesubsidieerd. Ondertussen zijn er wel vergunningen voor stallen op de veronderstelde 85-procent reductie verleend.
GroenLinks en PvdA willen weten of de vergunningen voor veestallen die op basis van verkeerde gegevens zijn verstrekt, nog kunnen worden ingetrokken. Ook vragen de partijen of de gemeenten en provincies door de overheid worden aangesproken op het onterecht verlenen van vergunningen. Ook vragen de partijen of deze luchtwassers ook minder goed werken als het gaat om het filteren van ammoniak en fijnstof en of daar dus ook een papieren werkelijkheid bestaat.
PvdD wil weten of het klopt dat gemeentes aanvragen voor uitbreidingen van veehouderijen door de huidige wet niet kúnnen weigeren als de veehouder gebruikmaakt van 'technische lapmiddelen, zoals een luchtwasser'.
Bekijk de uitzending 'Stank en strijd deel 2'
Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.