Een man voor een gebouw dat beschadigd raakte tijdens bombardementen in Stepanakert, de hoofdstad van Nagorno-Karabach.
© ANP
Eind september 2020 vonden er hevige gevechten plaats in en rondom de regio die bekend staat als Nagorno-Karabach. Twee bevolkingsgroepen staan daar lijnrecht tegenover elkaar: Armenen en Azerbeidzjanen. Er zijn inmiddels meer dan driehonderd doden gevallen en duizenden mensen zijn op de vlucht geslagen. Armenië en Azerbeidzjan kwamen onder bemiddeling van Rusland tot een staakt-het-vuren. Maar begin augustus 2022 laaide het geweld weer op. Om te snappen waarom dit conflict zo is geëscaleerd, moeten we ons eerst verdiepen in het verleden van Nagorno-Karabach.
De Britse Laurence Broers is samen met landgenoot Thomas de Waal een van de weinige deskundigen die er zijn als het gaat om deze regio in de Kaukasus. Broers is verbonden aan de Britse denktank Chatham House en schreef onlangs een boek over het conflict tussen Armenië en Azerbeidzjan. “Ik ben altijd gefascineerd geweest door plaatsen die aan de rand of tussenin grotere, grootstedelijke gebieden liggen. Of je het nu hebt over het Russische Rijk, Ottomaanse Rijk of Europa: de Kaukasus is ver weg.” Nu wordt hij al dagen platgebeld door allerlei media die willen weten wat er aan de hand is in dit voor velen onbekende gebied.
“Karabach heeft een lang en roemrijk verleden, maar ik begin liever aan het begin van de vorige eeuw om de geschiedenis van dit gebied uit te leggen,” vertelt Broers. Volgens hem komt er dan een territoriale discussie op gang over het gebied. Na de Eerste Wereldoorlog verklaarden het Christelijke Armenië en het Islamitische Azerbeidzjan zich beiden onafhankelijk, maar werd er flink geruzied over de landsgrenzen. “Nagorno-Karabach was een van de drie regio’s (samen met Zangezur en Nachitsjevan) die werd betwist door Armenen en Azerbeidzjaanse Turken, zoals ze toen nog werden genoemd. In de twee jaar dat beide landen onafhankelijk waren, was er dan ook sprake van veel geweld in die regio.”
Lang duurde de onafhankelijkheid van beide landen niet: begin jaren 20 worden ze ingewijd bij de Sovjet-Unie. Niet veel later wordt er een beslissing gemaakt die nog tot de dag van vandaag grote gevolgen heeft. Broers: “Nagorno-Karabach wordt als autonome regio door het Kaukasische Bureau van de Communistische Partij, toegewezen aan de Azerbeidzjaanse Socialistische Sovjetrepubliek (SSR). Hiermee werd een besluit dat een dag eerder werd gemaakt teruggedraaid: namelijk om het onder Armeens bestuur te plaatsen."
De bevolking in Nagorno-Karabach bestond volgens metingen in 1926 voor 89 procent uit etnische Armenen, zegt de Kaukasus-deskundige. “Dus het gebied eindigt als een soort etnische, geografische enclave binnen Sovjet-Azerbeidzjan en besloeg ongeveer 5 procent van het totale Azerbeidzjaanse grondgebied. Maar de Armenen uit de regio hebben dit nooit geaccepteerd. Ze protesteerden wanneer ze maar konden en riepen op tot eenwording met Armenië.”
Toch leefden Azerbeidzjanen en Armenen in relatieve vrede met elkaar in tijden van de Sovjet-Unie, zegt Broers. “Tijdens de hele Sovjet-periode waren Azerbeidzjanen de grootste minderheid in Sovjet-Armenië en tegen het einde van de Sovjet-periode waren Armenen de grootste minderheid in Azerbeidzjan.” Door een overkoepelende Sovjet-identiteit konden gemeenschappen goed met elkaar integreren. "Mensen hadden nauwe banden met hun Azerbeidzjaanse buren: er vonden zelfs huwelijken plaats tussen de twee groepen. Al hadden Armenië en Azerbeidzjan wel een van de laagste percentages gemengde huwelijken, vergeleken met alle andere Sovjetrepublieken. Dat wijst ook wel op wantrouwen en twijfels over wie welke plaats had in de hiërarchie.”
Tegen de tijd dat de Sovjet-Unie langzaam uit elkaar begint te vallen eind jaren 80, wonen er volgens Broers nog ongeveer 76 procent Armenen in Nagorno-Karabach. “De bevolking in Karabach ziet zijn kans schoon en stemt begin 1988 voor eenwording met Armenië,” vertelt Broers. In de Armeense hoofdstad Yerevan worden demonstraties gehouden, ondanks een verbod van de Communistische Partij. Maar de campagne voor eenwording mondt al snel uit van lokale conflicten tussen de twee groepen, tot massale mobilisatie tussen Armenië en Azerbeidzjan.
Broers: “Als de Sovjet-Unie in 1991 officieel ophoudt met bestaan, worden de twee landen herboren als onafhankelijke staten in oorlog.” Pas in 1994 komt er een broze wapenstilstand, bemiddeld door Rusland. Er komen 30.000 mensen om het leven. Sindsdien wordt er onderhandeld en gezocht naar een oplossing voor het conflict, maar die is er na dertig jaar nog steeds niet.
Volgens Broers werd de oorlog gekenmerkt door wrede mensenrechtenschendingen aan beide kanten. Hij noemt als voorbeeld het bloedbad in de plaats Chodzjali, waar honderden Azerbeidzjaanse burgers omkwamen en werden verjaagd nadat het werd ingenomen door Armeense troepen. Voorafgaand hieraan vond er een bloedbad plaats in Maraga, alleen werd hier de Armeense bevolking vermoord en verjaagd door Azerbeidzjaanse troepen. Broers: "Alle militaire vorderingen werden gevolgd door een etnische zuivering. Het was een vicieuze oorlog en ik denk dat we nu de erfenis daarvan terugzien.” Een van de belangrijkste uitkomsten volgens Broers was een ‘Spillover’. “Armeense troepen bezetten tussen 1992 en 1994 een aantal regio’s rondom Karabach, waar de bijna volledig etnische Azerbeidzjaanse bevolking wordt gedwongen om te migreren.”
Uiteindelijk veroveren Armeense troepen inclusief Nagorno-Karabach, 13,6 procent van het Azerbeidzjaans grondgebied. Volgens Broers maakte de grootsheid van de overwinning het moeilijk voor de Armeense kant om er afstand van te doen. “En ik denk dat het zorgt voor een heel levendig gevoel van vernedering aan de Azerbeidzjaanse kant.” Volgens de deskundige bezetten de Armeense troepen het gebied als een vorm van een veiligheidsmaatregel, omdat er anders geen directe verbinding zou zijn met Armenië. “Zo kon Nagorno-Karabach worden voorzien van voedsel en van humanitaire- en militaire hulp. De gebieden werden jarenlang een veiligheidsgordel of bufferzone genoemd.”
Maar in de bijna dertig jaar sinds het staakt-het-vuren wordt het bezette gebied rondom Karabach door Armenië steeds meer gezien als een permanent onderdeel van een groot uitgestrekt Armeens land, stelt de Kaukasus-deskundige. Armenen noemen het volledige gebied, inclusief Nagorno-Karabach, Artsakh. Broers: “Dit is een doorn in het oog van Azerbeidzjan. Ze hebben gezien hoe hun bevolking in de jaren 90’ werd verdreven. In hun ogen voeren de Armenen een annexatie-beleid.” Deze frustratie verklaart volgens Broers waarom in Azerbeidzjan het idee van een militaire interventie aan populariteit wint. “Zij zien de onbepaalde verlenging van de onderhandelingen als een soort dekmantel voor uiteindelijke inlijving van deze gebieden bij Armenië.”
Er zijn in de afgelopen decennia meerdere escalaties geweest tussen Azerbeidzjan en Armenen in dit gebied. Maar deskundigen zijn het erover eens: de gevechten die sinds eind september bezig zijn, zijn de ergste sindsdien. In het volgende deel praten we verder met deskundige Laurence Broers en met Clingendael deskundige Bob Daan over waarom het conflict juist nu zo geëscaleerd is en waar dit naartoe leidt.
Lilit Martirosova is onderzoeksjournalist bij Zembla en schrijft over het geëscaleerde conflict in Nagorno-Karabach. De afgelopen weken volgde ze al het nieuws rondom het opgelaaide geweld op de voet. Niet alleen door haar journalistieke interesse maar ook vanwege haar Armeense komaf. In haar zoektocht naar context over het conflict stuitte ze op een berg aan informatie waarin feiten van fictie moeilijk te onderscheiden zijn. Nu zoekt ze in een serie artikelen uit: wat is er precies aan de hand?
Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.