"
De gebruikers zijn vaak jongere blanke mannen met een lage opleiding, harde werkers. Hun vrienden zijn als een tweede familie, aan die groep ontlenen ze hun identiteit. In die straatcultuur hoort ook druggebruik, zoals GHB.
"
Vanuit deze GHB-brandhaarden melden zich ook steeds meer jongeren in verslavingsklinieken. "
Maar het blijkt een draaideurproblematiek
", concludeert Nabben. "
Jongen kickt af, komt thuis, ontmoet oude vrienden die nog wel gebruiken, gaat weer gebruiken, kickt weer af.
"
Uit het
rapport
: "
De samenwerking met maatschappelijke partnerorganisaties is in de loop der jaren geïntensiveerd en bestendigd. De GHB-problematiek is getemperd, maar heeft zich ook verplaatst van de straat naar thuisadressen. Men is er steeds meer van doordrongen geraakt dat GHB-gebruik kan leiden tot een niet eenvoudig te behandelen verslaving, die een intensieve nazorg vereist. GHB-verslaving is niet alleen een persoonlijk probleem, maar kan voor een plattelandsgemeente ook een serieus maatschappelijk probleem vormen. Gezinnen raken ontwricht, buurtbewoners ervaren overlast, sommige GHB-verslaafden zijn veelplegers en maken zich schuldig aan diefstal en inbraak, en er vallen slachtoffers in het verkeer.
"
Bestuurder Roel Hermanides van verslavingsinstelling Novadic-Kentron erkent in ZEMBLA '
Knock-out in Brabant
' dat de verslavingszorg ten aanzien van GHB-verslaafden op dit moment tekortschiet: '
We hebben een aantal middelen om met verslaving om te gaan. Voor andere verslavingen werken die. Voor GHB-verslaafden werken die op dit moment nog echt onvoldoende. Dat betekent dat wij van maand op maand onze behandelmethodes op dit ogenblik aanpassen.
'
Door medicinale GHB toe te dienen, bouwt de verslavingszorg het gebruik van GHB langzaam af tot de verslaafde is afgekickt van het middel. Dit gebeurt tijdens de zogenaamde ‘detox’, waarbij de verslaafde gedurende die periode in een verslavingskliniek wordt opgenomen om te ontgiften. Maar veel afgekickte GHB-gebruikers vallen daarna weer snel terug in hun oude gewoonte. Hoogleraar Verslavingszorg Cor de Jong van de Radboud Universiteit: '
De eerste stap is geweest: hoe kunnen we veilig en comfortabel mensen laten stoppen. Dat is goed gelukt. Zo’n 30 procent houdt het vol. Maar meer dan 60 procent valt terug, waarvan de helft ernstig. Die terugval is groter dan de terugval bij alcohol of bij heroïne.
'