© ANP
Nederland heeft op belangrijke punten slechter gepresteerd dan andere NAVO-landen als het gaat om de evacuaties uit Afghanistan. Dat blijkt uit onderzoek van de Britse universiteit van York. In het rapport wordt een vergelijking gemaakt tussen de verschillende manieren waarop de acht NAVO-landen omgingen met de vluchtelingencrisis in Afghanistan na de val van Kabul in augustus vorig jaar.
Het onderzoek laat voornamelijk zien dat de NAVO-landen hun beleid ten aanzien van Afghaanse oud-medewerkers niet op elkaar afgestemd hadden. Hierdoor werden Afghanen die evenveel risico liepen door elk land anders behandeld.
Zembla onderzocht onlangs in een tweeluik de Nederlandse missie in Afghanistan, van het begin tot en met de chaotische aftocht uit Kabul vorig jaar zomer. In augustus vorig jaar grepen de Taliban opnieuw de macht in Afghanistan. Toen ze Kabul innamen, probeerden duizenden mensen het land te ontvluchten, onder wie landgenoten en Afghaanse tolken die voor Nederland hebben gewerkt en in aanmerking komen voor een verblijfsvergunning.
De Nederlandse wetenschapper Sara de Jong is de initiatiefnemer en de hoofdonderzoeker van het rapport. Ze vertelt dat de acht NAVO-landen in drie verschillende fases (de aanloop, de evacuatie zelf en na de evacuatie) op verschillende aspecten met elkaar worden vergeleken. “Op een paar belangrijke punten komt Nederland er slecht vanaf.”
Zo stonden tolken wel op de evacuatielijst, maar mochten andere medewerkers die de Nederlandse overheid jarenlang in Afghanistan hebben bijgestaan, pas na een aangenomen motie van D66-Kamerlid Belhaj ook mee. Omdat de toelatingscriteria voor een evacuatie naar Nederland pas tijdens de evacuatie aangepast werden, waren honderden mensen die ineens ook in aanmerking kwamen niet op tijd op het vliegveld. Zij bleven hierdoor achter, met gevaar voor eigen leven.
Ook wordt in het rapport de Zembla-uitzending ‘Missie Afghanistan deel 2’ aangehaald, waarin onthuld werd dat het ministerie van Buitenlandse Zaken studenten inzette om tolken uit Afghanistan te evacueren: “Er was een gebrek aan professionele medewerkers van het crisisteam die de evacuatie begeleiden.’’
In de Zembla-uitzending vertelt Cees Roels, destijds plaatsvervangend ambassadeur in Kabul, over de angstige momenten die hij beleeft in Afghanistan en de trage reactie uit Den Haag. Roels vraagt aan het begin meerdere keren om hulp van het ministerie, maar krijgt geen reactie op zijn noodkreten. Uiteindelijk blijkt een evacuatie uit Afghanistan onvermijdelijk. Roels wil in dat geval naaste familieleden meenemen, maar het kabinet is daar tegen.
Roels: “Ik zal nooit vergeten dat de lokale staf er helemaal doorheen zat. Eigenlijk het gevoel hadden: dit is het einde. Dat het een zaak van leven en dood is en je op dat moment niet eens de zekerheid kan bieden van: jullie gaan mee. Dat was een omschakelpunt voor mij om te zeggen: iedereen gaat mee.” Onder die druk gaat het kabinet alsnog akkoord.
In het rapport is er kritiek op het feit dat Nederland niet toestond dat Afghanen, die vaak jarenlang voor het Nederlandse leger of de Nederlandse overheid werkten, méér familieleden (zoals ouders of ongetrouwde zussen, die vaak in huis woonden) meenamen. Een land als Canada voerde hierin een veel ruimer beleid.
Verder geven landen als het Verenigd Koninkrijk, de Verenigde Staten en Australië hun oud-medewerkers direct een permanente verblijfsvergunning. Op die manier krijgen mensen zekerheid over hun toekomst, terwijl Nederland in eerste instantie een verblijfsvergunning voor vijf jaar geeft.
Luister naar onze podcast 'Een reconstructie van de evacuatie uit Kabul'
Rol van vrijwilligers
In het rapport is er ook aandacht voor de vele vrijwilligers die naast de overheden een ‘hoofdrol’ hebben vervuld tijdens de evacuaties: “Door het initiatief van deze groepen/individuen werd verhinderd dat de evacuatie nog rampzaliger verliep.” In de Zembla-uitzending spreken we met vrijwilliger Eric Schouten. Hij heeft een achtergrond in de luchtvaart en zijn bedrijf Dyami is gespecialiseerd in het bieden van hulp aan mensen in crisissituaties.
Hij werd benaderd door mensen in ons land, die een groepsapp waren gestart om in Kabul gestrande Nederlanders te helpen. De landgenoten konden bij het bedrijf terecht voor tips, hulpvragen of een luisterend oor. Schouten: “Het was pure chaos. Er was geen verbinding met Den Haag. Geen verbinding met de overheid waar ze hun gegevens moesten achterlaten om op een evacuatielijst te komen”. Schouten en zijn team loodsen tientallen gestrande Nederlanders uiteindelijk naar de luchthaven.
Het rapport van de universiteit van York volgt op een eerste evaluatie door de Universiteit Leiden, die in januari verscheen. Hierin werd vastgesteld dat het tempo bij de Nederlandse overheid "lange tijd niet hoog lag" en dat het proces bij de Immigratie- en Naturalisatiedienst (IND) "een beetje voortkabbelde". In februari benoemde het kabinet een commissie die onderzoek moet doen naar de chaotisch verlopen evacuaties. De resultaten worden uiterlijk mei 2023 aan de Tweede Kamer aangeboden.
Schrijf je in voor de Zembla-nieuwsbrief en blijf op de hoogte van onze onthullende journalistiek.