‘Dierentuinen moeten cijfers openbaar maken over het doden van gezonde dieren’
15-09-2016
•
leestijd 3 minuten
•
1007 keer bekeken
•
Nederlandse dierentuinen moeten exacte cijfers bekend maken over hoeveel gezonde dieren ze doden. Dat zegt de fractievoorzitter van de Partij voor de Dieren, Marianne Thieme naar aanleiding van de uitzending ‘Het einde van de Dierentuin’ van Zembla Internationaal. De partij gaat de vraag aankaarten in het debat over dierenwelzijn, begin november.
In ‘Het einde van de Dierentuin’ is onder andere te zien hoe in 2014 een jonge kerngezonde giraf in een dierentuin in Kopenhagen wordt gedood. Het dier was overtallig en kon nergens anders geplaatst worden. Voor het oog van de bezoekers werd giraf Marius in stukken gesneden en aan de leeuwen gevoerd. Het leidde tot internationale discussie over de vraag of het ethisch verantwoord het is om gezonde dierentuindieren te doden.
Dierentuinen niet transparant
Fractievoorzitter Thieme van de Partij voor de Dieren wilde in 2014 al weten hoe vaak gezonde dieren in dierentuinen worden afgemaakt, maar kreeg daarop geen duidelijk antwoord. Tegen Zembla zegt ze: “Als er dieren worden gedood omdat ze commercieel niet meer interessant blijken te zijn, dan vind ik dat wij dat moeten weten. Dus wij gaan eisen dat de Nederlandse dierentuinen precies aangeven hoeveel gezonde dieren er worden afgemaakt en waarom. De staatssecretaris van Economische Zaken Martijn van Dam gaat er nu vanuit dat dierentuinen ethisch handelen, maar tot nu toe zijn ze niet transparant.”
Aantallen
Dierentuindirecteuren, zoals die van Artis en Burger’s Zoo, lieten eerder weten dat ook zij wel eens overtallige dieren doden. Dit wordt ook geregistreerd. Marc Damen, voorzitter van de Nederlandse Vereniging van Dierentuinen: “Alle dierentuinen houden bij wat er met hun dieren gebeurt. Dat moet, het staat in hun administratie. Ook wanneer ze sterven, waarom ze sterven en hoe ze sterven. Als dat om managementredenen is, wat betekent dat ze overtallig waren, dan staat dat er dus ook bij.”
Uit verband gerukt Damen, jarenlang directeur van Diergaarde Blijdorp en kort te zien in de uitzending van Zembla wil geen harde uitspraken doen over de hoeveelheid overtallige dieren die worden gedood. Op basis van eigen ervaring denkt hij dat een tot twee procent van alle dieren die sterven per jaar overtallig is. Maar hoeveel dieren er precies sterven weet hij niet. Damen: “Ik zou er moeite mee hebben deze gegevens bekend te maken. Bijvoorbeeld omdat ze dan uit verband kunnen worden gerukt. Dan worden straks álle overtallige dieren op één hoop gegooid, door bijvoorbeeld journalisten, terwijl er ook cavia’s worden gedood. Als we de cijfers echt bekend zouden moeten maken, dan zal ik dat met de leden moeten overleggen. Maar ik zie de relevantie er niet van in.”
Waarom hij de cijfers nooit bekend heeft moeten maken, is volgens Damen omdat er nooit vragen waren. "Wij doen ons werk met veel deskundigheid en we voeren het beleid uit waar we ons aan dienen te houden, dat is genoeg. De staatssecretaris vindt dat ook genoeg. Het is niet in ons belang om die cijfers uit te zoeken, wij zien het niet als een probleem.”
Niet voldoende
De antwoorden op de vragen die Partij voor de Dieren in 2014 stelde zijn in de ogen van Marianne Thieme niet voldoende. Zo staat in de antwoorden dat de RVO (Rijksdienst voor Ondernemend Nederland) wel cijfers van dierentuinen krijgt aangeleverd voor controle, maar daaruit is volgens de partij niet af te leiden of de overleden dieren overtallig waren.
Thieme: “Dat moet nu echt anders. Dierentuinen maken die exacte cijfers natuurlijk liever niet bekend omdat dat niet goed valt bij het grote publiek. Dit zijn commerciële bedrijven die kaartjes willen verkopen door elk jaar pasgeboren dieren te laten zien en dan is het geen reclame als bekend is hoeveel gezonde dieren ze doden.”
Het kamerdebat over dierenwelzijn is op 2 november.