Als fanatieke muggenvangers krijgen vleermuizen toxische concentraties van lood en andere zware metalen in hun lichaam, met dramatische gevolgen. Dat blijkt uit een recente Britse studie.
Wat maakt vleermuizen zo kwetsbaar voor metaalvergiftiging? Voor hun grootte zijn vleermuizen lang levende soorten. Meer tijd dus om zware metalen op te stapelen. Ze hebben daarnaast ook een hoog metabolisme door het vliegen en moeten elke dag tot hun eigen lichaamsgewicht aan voedsel opnemen. Opnieuw heel veel inname van mogelijk gecontamineerd voedsel. Bij het overwinteren teren ze in op hun vetreserves, waar nu juist de zware metalen zijn opgeslagen en dan vrij komen.
Soorten zoals de meervleermuis zijn extra kwetsbaar door hun rechtstreekse afhankelijkheid van water. Ze eten voornamelijk de larven van dansmuggen. Die larven kunnen overleven in zwaar vervuild water, en kunnen dus hoge concentraties aan zware metalen bevatten, wat een onmiddellijk effect zal hebben op hun predatoren.
Zware metalen zoals lood, kwik en cadmium komen van nature voor, maar door toedoen van de mens zijn de concentraties sterk verhoogd. Ze komen terecht in de lucht door uitlaatgassen en verbranding, maar komen ook in het grondwater via verschillende vervuilingsbronnen. Daar begint hun weg naar de top van de voedselketen.
Hoewel het onderzoek gebeurde in het Verenigd Koninkrijk, kan metaalvergiftiging ook bij ons verwacht worden. We hebben immers dezelfde soorten, en vervuiling is zeker ook een probleem in onze wateren.