Sleutelbloemen zijn, net als de eerste boerenzwaluwen, een teken dat de lente is begonnen. Maar de gulden sleutelbloem is ook een goeie indicator van een gezond grasland. Alleen zijn ze in het wild zeer zeldzaam. Daarom wordt iedereen nu opgeroepen om mee te zoeken. En dan moet je diep in de bloemen kijken.
Onderzoek naar sleutelbloemen
Onderzoekers van de Universiteit van Tartu in Estland zijn begonnen aan een groot Europees onderzoek naar de sleutelbloem. En iedereen kan hieraan bijdragen. Deze plant met geel-oranje bloemen die voornamelijk voorkomt in graslanden, is een goede graadmeter voor de gezondheid van het landschap. Door deze zeldzame plant te onderzoeken kunnen de onderzoekers inschatten welke invloed veranderingen in het landschap hebben op de biodiversiteit. In Nederland zitten we aan de rand van het verspreidingsgebied van de soort, wat ons gebied zeer interessant maakt voor de onderzoekers.
Bijzondere bevruchting
Charles Darwin, de grondlegger van de evolutietheorie, was al geïnteresseerd in de sleutelbloem omdat deze bestaat uit twee typen die genetische verarming voorkomen. Het zogenaamde S (short)-type met vijf mannelijke meeldraden die zichtbaar zijn bovenin de kroon van de bloem, en het L (long)-type die een lange vrouwelijke stijl heeft in de bloem en de meeldraden diep in de bloem. Als je goed kijkt kan je dit ook herkennen in het kleine bloempje. Om met succes zaden voort te brengen, moet het L-type hun stuifmeel aan planten van het S-type overdragen, en omgekeerd. En die kruisbestuiving kan alleen plaatsvinden dankzij insecten, die in dit ingewikkelde ‘huwelijk’ de rol van koppelaar spelen. Voor het overdragen van stuifmeel van S- naar L- type zijn vooral stuifmeelsnoepers zoals zweefvliegen verantwoordelijk en voor het overdragen van L- naar S-type zijn nectarsnoepers zoals vlinders van belang. Door deze uitwisseling van genetisch materiaal weten de planten hun levensvatbaarheid en veerkracht op de langere termijn te behouden. Planten maken dus ook een zorgvuldige partnerkeuze.
De gulden sleutelbloem is een kruidachtige plant met een hoogte van 10 tot 30 cm en langwerpige bladeren op de grond. Ze zijn vooral herkenbaar aan de oranje vlekjes in de gele bloemen die uit een bleekgroene klokvormige kelk groeien. Meestal staan ze met 5 tot 16 stuks bij elkaar. Je kan de zeldzame bloemen aantreffen in (kalk)graslanden in het zuiden, uiterwaarden in het oosten en de duinen in het westen. Klik hier voor meer informatie.