Al meer dan veertig jaar zetten Bert en Riet van Rijsewijk zich in voor de vlinders in de Kampina. Niet alleen de volwassen vlinders staan in de belangstelling. Elk jaar vanaf half augustus tellen ze ook de eitjes van één specifieke vlinder: het gentiaanblauwtje.
Eitjes tellen
Het grijs-blauwe gentiaanblauwtje zet haar eitjes af op de klokjesgentiaan. Zodra het rupsje uit het ei komt, en groot genoeg is, laat het zich op de grond vallen. Eenmaal op de grond wordt de rups meegenomen door knoopmieren. Deze knoopmieren zien de rups namelijk als hun eigen soort, en voeden het rupsje op in hun mierennest. Uiteindelijk verlaat de rups het mierennest en verpopt zich tot een mooi gentiaanblauwtje.
Minder klokjesgentiaan
Het vlindertje is dus afhankelijk van zowel de klokjesgentiaan als van de knoopmier. Helaas gaat het niet goed met de klokjesgentiaan, en dus ook niet met het gentiaanblauwtje. En dat baart Bert en Riet grote zorgen. Vorig jaar telden ze maar 385 eitjes. Gezien het feit dat deze vlinder gemiddeld 100 eitjes legt, duidt dit op nog geen 4 vlinders in de Kampina.
Echter door de droogte gaat het wat beter met de klokjesgentiaan. Er zijn daardoor dit jaar ook meer eitjes geteld!