Zelf meten is zeker weten

Dat de luchtkwaliteit in Nederland op sommige plekken te wensen over laat weten we. Maar hoe zit het met de lucht in je eigen straat? Met de campagne 'Zelf meten is zeker weten! ’ onderzocht Milieudefensie de afgelopen weken de luchtkwaliteit op 700 plekken in 90 Nederlandse gemeenten, waaronder ons eigen Capitool in ‘s Graveland. Met palmes-buisjes wordt het gehalte aan stikstofdioxide gemeten. Zondag komt de Milieudefensie bij ons langs om de buisjes op te halen.

De deelnemers aan de actie hingen de meetbuisjes op in hun eigen straat of bijvoorbeeld op het schoolplein van hun kinderen. De buisjes worden geanalyseerd door een onafhankelijk laboratorium. De meting wordt begeleid door de afdeling milieu van de GGD Amsterdam. De resultaten worden eind augustus bekend gemaakt.

Tot nu toe waren burgers voor informatie over luchtkwaliteit vooral afhankelijk van met computermodellen berekende cijfers. Deze rekenmodellen en uitkomsten hiervan zijn al jarenlang onderwerp van discussie: kloppen de rekenmethodes en kloppen de ingevoerde omgevingskenmerken en verkeersaantallen? Op veel plaatsen voldoet Nederland niet aan de Europese normen voor luchtkwaliteit en de door de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) geadviseerde gezondheidsnormen worden vrijwel nergens gehaald. Het Ministerie van VROM onderschrijft dat Nederland de Europese normen voor de luchtkwaliteit (stikstofdioxide en fijn stof) op sommige plaatsen niet haalt. Luchtvervuiling kan leiden tot grote gezondheidsschade, ontwikkelingsachterstanden bij kinderen en vroegtijdige sterfte.

Volgens milieudefensie is de lucht in de Randstad en Noord-Brabant het smerigst. De drie noordelijke provincies en Flevoland zijn het beste af. In de Rijnmond is de luchtvervuiling het hoogst. Langs snelwegen, in steden en rondom de havens en Schiphol is de lucht ongezonder dan elders.

Bronnen: Milieudefensie en VROM