De komende week promoveert de Texelse onderzoeker Sophie Brasseur na vele jaren van onderzoek aan de grijze en gewone zeehonden in de Waddenzee. Voor haar onderzoek volgde zij de dieren jarenlang, onder andere met zenders die ze tijdelijk op de vacht van de dieren kon plakken. Het proefschrift waarop zij woensdag 30 augustus promoveert, heet dan ook 'Seals in motion' (zeehonden in beweging).
Locals, toeristen en immigranten
Door haar zenderonderzoek kon Brasseur zien dat er drie typen zeehonden in ons deel van de Waddenzee zitten: de 'lokale' dieren die hier hun jongen krijgen en ook hier blijven, de 'toeristen' die met name in Duitsland hun jongen krijgen en daarna naar ons deel van het wad komen, en de 'immigranten' die vanuit kolonies aan bijvoorbeeld de oostkust van Engeland of Schotland komen en hier de populatie komen versterken.
Sterke groei
Sinds het staken van de jacht in de jaren zestig is het in een bijna constante lijn bergopwaarts gegaan met zowel de gewone als de grijze zeehonden op het wad. Alleen tijdens twee perioden met virusuitbraken ontstond er een dip in de grootte van de populaties. "Uit dit langetermijnonderzoek hebben we onder andere geleerd dat rust enorm belangrijk is voor deze dieren", zegt Brasseur. "Zeker de in de zoogperiode zijn zeehonden kwetsbaar. Ze zijn dan gedurende drie weken afhankelijk van hun moeder, daarna moeten ze het al alleen rooien."