WMO verwacht nog maanden weersextremen door El Niño

El Niño gaat nog maanden zorgen voor hogere temperaturen en mogelijk ook voor extremer weer, verwacht de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO). De organisatie denkt dat het fenomeen nog zeker tot april 2024 merkbaar is. Droogte, overstromingen en hittegolven kunnen daardoor heviger zijn. Al valt niet direct te voorspellen hoe sterk de impact lokaal is.

Het complexe klimaatpatroon ontwikkelde zich in juli en augustus snel en zal zijn piek bereiken tussen november en januari, laten de experts van WMO weten. De vorige El Niño-episode eindigde zeven jaar geleden. Soms zit er slechts twee jaar tussen.

De term El Niño verwijst naar "het kerstkindje". Zuid-Amerikaanse vissers bedachten de naam voor het fenomeen in de zeventiende eeuw. In jaren waarin het zich voordoet, is het rond Kerstmis vaak op zijn hevigst.

De kern van het fenomeen is een sterke opwarming van het wateroppervlak in het centrale en oostelijke deel van de Stille Oceaan, grofweg langs de evenaar. Het is een natuurlijk verschijnsel dat zichzelf versterkt doordat tegelijkertijd passaatwinden in kracht afnemen. De meteorologen voegen eraan toe dat dit gebeurt "in de context van een klimaat dat door menselijke activiteiten verandert". Met andere woorden: de gevolgen van El Niño komen tijdelijk bovenop de klimaatverandering die door de uitstoot van broeikasgassen wordt veroorzaakt.

WMO-chef Petteri Taalas wijst erop dat El Niño over het algemeen pas in een latere fase de grootste impact heeft op de temperatuur op aarde. De piek moet dus nog komen.

Toch is 2023 nu al hard op weg om als warmste jaar ooit gemeten de boeken in te gaan. Volgens Taalas komt dit "duidelijk en onmiskenbaar" door de toegenomen concentraties broeikasgassen die mensen hebben uitgestoten.

Bron: ANP