Vroege Vogels verkent de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden

Vanaf 30 augustus verkennen Menno en Milouska zes weken lang een regio waar water en land zowel vriend als vijand zijn; de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden. De natuur in het gebied is door de bouw van de Deltawerken niet onveranderd gebleven, en inmiddels is er een aantal bijzondere natuurgebieden ontstaan.

Menno en Milouska trekken door de regio en ontdekken De Oosterschelde, Tiengemeten, Grevelingen, De Westerschelde, Krammer-Volkerak en de Voordelta. In deze gebieden gaat het Vroege Vogels-team de komende weken onder meer haaien zenderen, oesterbroedjes uitzetten, vishotels maken en zeewier oogsten. Daarnaast wordt er overnacht op de Plompetoren en in Fort Rammekens, twee symbolen van de rijke geschiedenis van de regio.

In de eerste twee afleveringen reizen Menno en Milouska af naar De Oosterschelde en het eiland Tiengemeten in de Haringvliet, waar de landbouw plaats moest maken voor de natuur.

Na de watersnoodramp van 1953 werd de door de Deltawerken afgesloten Oosterschelde het grootste Nationaal Park van Nederland. Milouska verkent plan Tureluur, een uniek natuurgebied waar voormalig boerenland veranderd is in een vogelparadijs. Menno trekt zijn duikpak aan en gaat kijken hoe het ervoor staat met de natuur onder water. We zetten gemerkte roggen uit, leren over schelpdieren en de vogeltrek, zien het enige koraal van Nederland en overnachten boven op een heus icoon, de Plompe Toren uit de 14e eeuw.

In Vroege Vogels zien we een verbluffend spectaculaire opleving van de natuur op het eiland Tiengemeten in het Haringvliet. Nadat de laatste boeren twaalf jaar geleden vertrokken waren kon de natuur zijn gang gaan. Nu zijn de resultaten daarvan goed te zien. Meer dan 50 nieuwe vogelsoorten hebben het langzaam veranderende Tiengemeten ontdekt en gebruiken deze oase van natuur als vluchtheuvel. In dit bijzondere natuurgebied spotten Menno en Milouska de roodhalsfuut, zien ze vechtende zwanen en leren ze over de strijd tegen de kleine waterteunisbloem.