Elk jaar wordt direct na de winter een reeëntelling gedaan, de voorjaarstelling. Vanaf 17 uur worden de beesten landelijk geteld op verschillende locaties tot het einde van de schemering. Soms is het best lastig om de schuwe dieren te vinden.
Voorjaarstelling
De meest efficiënte periode om reeën te tellen is eind maart of begin april. De over het algemeen territoriale dieren staan dan in zogenaamde sprongen
bij elkaar, warmen zich in de zon en schakelen om van houtachtig voedsel naar de sappige jonge planten op akkers, weiden en slootranden. Een meer voor de hand liggende reden is dat in het voorjaar het blad nog niet aan de bomen zit en ze dus makkelijker te vinden zijn.
Schade
Als in een bepaald gebied de reeën-dichtheid hoog is, komen mensen met de dieren in 'aanraking'. De reeën worden verstoord, veroorzaken schade aan fauna of kunnen aangereden worden. Dan zijn er maatregelen nodig zoals geleide hekken of wildrasters. Met de voorjaarstelling kijken de boswachters
welke reeën zich waar ophouden, hoe een sprong is samengesteld en met hoeveel bokken, geiten en smalreeën ze te maken hebben.