Naar schatting achthonderd knobbelzwanen zijn besmeurd met stookolie in de haven van Rotterdam. Vorig weekend verloor een tanker 217.000 liter olie nadat deze op een steiger was gebotst. Zo’n 300 met stookolie besmeurde vogels zijn inmiddels ondergebracht in het noodhospitaal dat is opgezet door Rijkswaterstaat bij de Maeslantkering bij Hoek van Holland.
De Stichting Opvang Olievogels Nederland coördineert de opvang en het schoonmaken van de vogels. Voor deze enorme klus volgen zij een strak, internationaal afgesproken protocol. Want niet voor iedere vogel geldt dat ze meteen schoongeschrobt moet worden. Eerst worden de vogels gestabiliseerd met behulp van 'ORS", een oplossing van essentiële suikers en zouten. Wanneer ze stabiel genoeg zijn, worden ze gepoetst met een verdunde oplossing van gewoon afwasmiddel. Daarbij verliezen de dieren ook de vettige beschermlaag op hun veren. Daarom moeten ze na de schoonmaakbeurt nog enige tijd in de opvang blijven, zodat ze in een speciaal zwembad zelf hun veren weer kunnen poetsen om ze waterafstotend te maken.
Vogelwasstraat
Voor de verzwakte zwanen is in het noodhospitaal is een speciale vogelwasstraat gebouwd waar de stookolie voorzichtig van de vleugels gespoeld kan worden. Rijkswaterstaat werkte woensdagavond tot laat door om de straat gereed te krijgen. Tot die tijd kunnen de vogels tot rust komen in het centrum. Uiteindelijk kunnen er 500 vogels terecht. Volgens Richard Thompson, expert van de Britse Royal Society for the Prevention of Cruelty to animals, die als vrijwilliger bij de opvang betrokken is, is het opvangen en schoonmaken van knobbelzwanen relatief kansrijk. 'Het zijn robuuste vogels. Meer dan 95% van de vogels zal het uiteindelijk overleven, dus dat is de stress die je de vogels aandoet in de opvang zeker waard.'
Eigen stookolie
De 217.000 liter olie was stookolie waarmee de motoren van de tanker worden aangedreven. Het schip zelf, Bow Jubail van de Noorse rederij Odfjell, was ongeladen. De olietanker is dubbelwandig uitgerust voor wat betreft de lading, de tanks achterin van het schip voor de motoren hebben die bescherming niet. Dat heeft havenwethouder Adriaan Visser (D66) donderdag in de gemeenteraad van Rotterdam gezegd. De tanker is om 13.45 uur met de rechter achterkant tegen de kade gebotst. “Het schip had een loods aan boord, windkracht 3 en helder zicht. Het is nog een volkomen raadsel hoe dit heeft kunnen gebeuren.”
Olieramp
Het is een ongekende olieramp voor Rotterdam, zegt Visser. “Het schip had net bunkerolie geladen. Het lekken ging enorm snel. Ondanks alle maatregelen zorgde eb en vloed voor snelle verspreiding van de olie.” Inmiddels is al 160.000 liter opgeruimd.