De fuut is een beroerde loper. Op vaste grond lijkt deze populaire watervogel hulpeloos en onhandig. Dit heeft hij te danken aan zijn bijzondere poten. Diezitten namelijk ver naar achteren waardoor hij buiten het water moeilijk zijn evenwicht kan houden. Gelukkig hoeft dat ook niet - dankzij dezelfde voeten overleeft hij prima in het water.
Snelle duiker
Anders dan een eend heeft de fuut geen zwemvliezen maar platte lobben aan de tenen. Samen met de rest van zijn lichaam maken ze van de fuut een ideale duiker. Met de taps toelopende voorkant en de afgeronde achterkant klieft hij makkelijk door het water. De anatomie van de poten ondersteunt een krachtige voortstuwing en de veren kunnen plat gelegd worden zodat het lichaam minder drijft. Door deze eigenschappen kan de fuut razendsnel kleine vissen een kreeften onder water achtervolgen. Daarbij kan hij tot 40 meter diep duiken en ongeveer 50 seconden onder water blijven.
Waterloper
Ook aan het wateroppervlak is de fuut een goede zwemmer en bereikt hij snelheden van 4 tot 7 kilometer per uur. Hij kan aan roofvogels, ontsnappen door snel een duikje te nemen - desnoods met het kroost op de rug. Wanneer de vijand van op of onder water komt dan kan de fuut dankzij de lobben aan zijn tenen ook razendsnel over het water lopen en vluchten.
Dol op dansjes
De poten van de fuut zijn ook voor de voortplanting belangrijk. Futen staan namelijk bekend om hun indrukwekkend baltsgedrag. Door snelle bewegingen met de poten kunnen ze verticaal uit het water oprijzen en op het wateroppervlak ronddraaien. In
dit filmpje
kan je de dans van de futen bekijken